Een zeeslag met droge voeten
Bij een echte zeeslag vechten oorlogsschepen op zee een gevecht uit. Er wordt met scherp geschut op elkaar geschoten, net zo lang tot het vijandelijke schip zinkt. Bij een dergelijke slag vallen er veel slachtoffers en wie verliest maar het overleeft, krijgt op z'n minst natte voeten. Een beetje minder nat en oorlogszuchtig kan het gelukkig ook: het spelletje Zeeslag.
Deelnemer van een minder vredelievende zeeslag /
Bron: IMSI Master ClipsZeeslag op papier
Een echte zeeslag brengt meestal een hoop ellende met zich mee en vaak ook natte voeten. Gelukkig zijn er vredelievender varianten van
Zeeslag, in een spelletje. De meest eenvoudige versie van het spelletje
Zeeslag speelt zich helemaal op papier af. Het spel wordt gespeeld met twee personen, ieder met een eigen speelveld voor zich. Eigenlijk een dubbel speelveld.
Vakje D3
Speelveld met coördinaten
Zeeslag wordt gespeeld op een speelveld van 100 vakjes, 10 hoog en 10 breed. Boven de hokjes schrijf je van links naar rechts de letters
A,B,C,D,E,F,G,H,I,J. Aan de zijkant schrijf je van boven naar beneden de cijfers
1 tot en met 10. Je kunt elk hokje benoemen door een letter met een cijfer te combineren.
D3 is het vakje, waarop de verticale
D-lijn en de horizontale
3-lijn elkaar kruisen.
Gevechtsboten
Beide spelers tekenen op hun eigen speelveld vier typen schepen in. Je schepen hebben verschillende omvang, die je intekent door hokjes in te kleuren. Dat doe je horizontaal of verticaal. Schuin, diagonaal dus, mag niet. Meestal is het zoiets:
- Vliegdekschip, met een lengte van zes hokjes: 1x
- Slagschip, met een lengte van vier hokjes: 2x
- Onderzeeër, met een lengte van drie hokjes : 3x
- Torpedobootjager, met een lengte van twee hokjes: 4x
In de praktijk kunnen de namen van de boten afwijken, maar het principe is hiermee wel duidelijk. Meestal wordt afgesproken dat de schepen niet tegen elkaar mogen liggen. Schepen mogen in ieder geval niet in dezelfde hokjes liggen. Je kunt natuurlijk samen andere maten en hoeveelheden boten afspreken, maar maak het niet te vol of te leeg, dat speelt niet prettig.
Het gevecht begint
Om de beurt schiet je met 'scherp'. Gelukkig niet met echte kogels of granaten, maar met coördinaten. Als je tegenstander coördinaten heeft genoemd, bijvoorbeeld
A7, geef je eerlijk aan of het schot doel heeft geraakt. En dat is dus ofwel 'raak' ofwel 'mis'. Natuurlijk kun je ook variëren met die termen, bijvoorbeeld
getroffen, plons, boem, of zoiets. Gebruik je fantasie, maar zorg wel dat je elkaar begrijpt. Je zegt ook niet wát voor schip er is geraakt. Pas als in alle vakjes van een boot een schot raak is, zinkt die boot. Dan zeg je, bijvoorbeeld: 'Onderzeeër gezonken'. Wiens schepen het eerste gezonken zijn, heeft -uiteraard- verloren.
Links je eigen speelveld, aan de rechterkant houd je bij hoe het speelveld van de tegenstander er uit ziet.
Twee speelvelden
Zoals je begrijpt, is het handig om bij te houden op welke velden je al schoten had gelost. Je tekent dus bij de papieren versie van Zeeslag niet één, maar twéé speelvelden. Op het ene heb je ingetekend waar je eigen schepen liggen, en waar je tegenstander geschoten heeft. Dan kun je ook aangeven of je schepen gewoon geraakt zijn, of al helemaal gezonken. Op het tweede speelveld kun je intekenen waar je zelf je schoten hebt gelost. Heb je geraakt? Kleur het vakje in, zodat je weet dat in dat veld een stuk boot is geraakt.
Strategie
Je kunt natuurlijk in het wilde weg gaan schieten. Je kunt ook wat doordachter te werk gaan. Als je hebt afgesproken dat schepen niet tegen elkaar mogen liggen, hoef je ook geen schoten te lossen net náást een schip dat je zojuist getorpedeerd hebt.
Alternatieven voor de papieren versie
Je kunt
Zeeslag erg goed op papier spelen. Het is eenvoudig op te zetten, het enige dat je nodig hebt is een paar potloden of pennen en een paar velletjes papier. In ieder geval is het goedkoop. Wie liever niet tekent en gebruik maakt van een kant-en-klaar spel, dat kan ook. Een grote spellen-fabrikant heeft het spel Zeeslag ook als bordspel uitgebracht. En dan zijn er ook nog mogelijkheden via internet of een app. Het leuke daarvan is weer, dat je met elkaar kunt spelen, ook als je niet in elkaars buurt bent. En een spelletje op zijn tijd? Altijd leuk, toch?