De fatale marathon van Francisco Lazaro
Op 14 juli 1912 begon Francisco Lazaro opgewekt aan zijn marathon. Eerder had hij om 10.00 uur ontbeten met zijn Olympische teammaatjes en vertelde hij vertrouwen te hebben in een goed resultaat. In zijn 21 jaar had hij meerdere marathons gelopen en er zelfs enkele gewonnen. Hij had zich goed voorbereid met een gedegen training. Alle redenen dus om een uitstekende finish te verwachten. Het eindpunt haalde hij echter nooit. Dit werd zijn laatste zondag.
Stockholm 1912
Stockholm (Zweden) verzorgde de vijfde Olympische Spelen in 1912. De deelnemers kwamen uit 28 landen en bestonden uit 2491 mannen en 55 vrouwen. Wedstrijdonderdelen werden kritisch geanalyseerd zodat het niveau hoger werd, want op de vorige Spelen in Londen was er veel kritiek geweest na onenigheid over de uitslagen van sommige wedstrijden. De vijfkamp beleefde een Olympische première in Stockholm met de onderdelen 800 m paardrijden, pistoolschieten op 25 m, schermen op de degen, 4 km crossloop en 300 m vrije slag zwemmen. Vooral de Finnen domineerden deze Spelen met negen gouden, acht zilveren en negen bronzen medailles. Dankzij snelle technische ontwikkelingen introduceerde Stockholm ook elektronische tijdmeting en finishfoto’s, al was de apparatuur nog primitief.
De marathon
Dit waren ook de Spelen van de legendarische Amerikaanse atleet Jim Thorpe en winnaar van de marathon, Ken MacArthur. De marathon was opmerkelijk omdat er een record aantal deelnemers startte; 68 renners uit negentien landen. Tot aan de Spelen van Rome in 1960 zou geen marathon meer inschrijvingen hebben dan deze. Zondag 14 juli 1912 was een van de meest zware marathons omdat de temperaturen stegen tot wel 32 graden. Er waren gelukkig overal hulpposten ingericht met drank, voedsel en medische behandeling voor de deelnemers. Tienduizenden mensen keken toe hoe de marathon startte om 13.48 uur. De Zuid-Afrikanen waren gewend aan de hitte en bouwden een flinke voorsprong op. Van de overige deelnemers liepen slechts 34 renners de marathon helemaal uit. De eerste twee plaatsen gingen dan ook naar de Zuid-Afrikanen MacArthur en Gitsham, terwijl Strobina de derde plaats bezorgde aan de VS. Na alle vreugde kwam echter een domper toen bekend werd dat Francisco Lazaro onwel was geworden.
Jong talent Francisco Lazaro
Francisco Lazaro was geboren op 21 januari 1891. Hij liep de eerste marathon ooit voor Portugal en droeg ook als eerste de Portugese vlag op de Olympische Spelen. Aan wedstrijden nam hij al deel sinds 1908 en won in 1910 de marathon van Lissabon (42.800 km in 2.57.35 uur tijd). Ruim een maand voor Stockholm, 3 juni 1912, won Lazaro weer een marathon in Portugal (in 2.52.08 uur tijd). Niet alleen was Lazaro een groot atleet, hij was ook een bescheiden mens. Wanneer hij niet trainde voor wedstrijden, werkte hij als timmerman in een autofabriek. Een coach had hij niet. Het Portugese team reisde met het schip de ‘Asturias’ naar Zweden. Aan boord werd ook getraind. Op 2 juli arriveerden de Portugezen in Stockholm.
Lazaro’s marathon
Lazaro startte de marathon met nummer 50. Optimistisch merkte hij op dat deze route gemakkelijker in elkaar stak dan wat hij thuis gewend was, waar hij tussen de bergen trainde. Halverwege de marathon viel hij, krabbelde overeind, maar kon niet meer goed rechtop lopen. Hij zette echter door. Twaalf km voor het eindpunt van de marathon, rond het 30 km teken, viel Lazaro flauw. Men bracht hem met 41.2 graden koorts naar het Seraphim ziekenhuis. De hele nacht probeerden artsen hem beter te maken. Niets hielp meer; om 6 uur in de ochtend overleed Lazaro in het ziekenhuis.
De fatale strategie
Nader onderzoek wees uit dat hij zijn hele lichaam had ingesmeerd met een vette substantie. Teamgenoten Hoveling en Correia zagen hem niet gelijk bij de start van de marathon staan, dus gingen ze naar hem op zoek. Hij bleek ergens talg te staan smeren op zijn huid. Hoveling en Correira ontmoedigden dit en probeerden Lazaro over te halen om een bad te nemen. Er was echter geen tijd meer voor. Lazaro dacht namelijk dat als hij minder zweette, hij meer reserves zou overhouden tijdens de marathon. Het had echter een averechts effect. De vette substantie voorkwam dat zijn lichaam kon afkoelen. Zijn lichaamstemperatuur steeg door het lopen en door de hitte. Een normale vochtafscheiding kon niet meer plaatsvinden noch uitstoot van giftige gassen. Zijn ecosysteem raakte uit evenwicht. Volgens andere bronnen vette hij zich in om zich te beschermen tegen zonnebrand.
De autopsie
Autopsie wees uit dat de lever van Lazaro sterk gekrompen en zo hard als steen was geworden. Veel boeken vermelden dat Lazaro stierf aan een hartaanval. Dat klopt dus niet. Oorzaak was extreme uitdroging. Hoveling gaf verder aan dat Lazaro met slechts een andere atleet, zijn hoofd niet had beschermd tegen de zon. Verder gebruikte hij middelen om zijn spierkracht te vergroten. In die tijd was dat een gewoonte van veel atleten. Het mengsel dat vaak gebruikt werd bestond uit:
- 4 eiwitten
- 1 eidooier
- 450 ml water
- 700 ml terpentijn
- 700 g azijnzuur
Ook zou Lazaro strychnine hebben ingenomen. Strychnine was een opwekkend middel dat vaker door atleten aan het begin van de 20ste eeuw werd gebruikt.
De nasleep
Francisco Lazaro was de eerste atleet die stierf tijdens de Olympische Spelen. Alle atleten en het publiek waren geschokt. De zondagavond daarop, 21 juli, werd in het Olympische stadion een herdenking gehouden. Honderden atleten en zo’n 23.000 toeschouwers waren aanwezig. In de koninklijke loge was een grote L opgehangen en men speelde het Portugese volkslied. Het Zweedse Olympisch Comité richtte in Sollentuna een monument op, daar was namelijk het keerpunt van de marathon. Architect Torben Grut mocht het monument ontwerpen. Hij had eveneens het Olympisch stadion vormgegeven. Ook stortte men 14.000 Zweedse kronen in een fonds om de nabestaanden van Lazaro financieel te steunen. Pierre de Coubertin, vader van de moderne Olympische Spelen, stuurde zijn condoleances aan de familie Lazaro.
In Portugal zelf schreven kranten hier dagenlang over. Dagblad ‘O Seculo’ rapporteerde uitgebreid over de aankomst van de lijkkist van Lazaro en zijn begrafenis. Het had maanden geduurd voordat de begrafenis kon plaatsvinden, want het Portugese Olympische Comité had financiële moeilijkheden om het stoffelijk overschot van Lazaro naar Portugal te vervoeren. Duizenden mensen stonden aan de rand van de route de die lijkkist volgde. Slippendragers waren collega atleten van Lazaro’s club ‘Cruz da Pedra F.C.’. Dat bestaat nog steeds als ‘Sporting Lisboa e Benfica’ of kortweg ‘Benfica’. Ook in Portugal werd een comité opgericht om de nabestaanden van Lazaro te helpen. In Lissabon is een straat vernoemd naar Lazaro.
Portugese auteur en dichter José Luís Peixoto schreef in 2006 ‘Cemitério de Pianos’ dat in 2008 in Nederland uit kwam onder de titel ‘Het Pianokerkhof’. Daarin worden verschillende generaties van de familie Lazaro gevolgd, waaronder Francisco Lazaro zelf. De familieleden en gebeurtenissen zijn echter bedacht voor het verhaal en hebben met de werkelijkheid weinig gemeen. Peixoto heeft feit en fictie verweven tot een prachtig, zij het soms ietwat verwarrend verhaal dat het echt moet hebben van beeldend bloemrijk taalgebruik.
De koele lucht van het pianokerkhof drong de longen binnen en bracht de vochtige aanraking met het kleverige stof dat de enige kleur was: de geur van een tijd die iedereen wilde vergeten, maar die nog bestond.