Alles over de olympische spelen
De olympische spelen waren vroeger een feest ter ere van de goden. Tegenwoordig is het één van werelds grootste sportevenementen. De olympische spelen bestaan uit heel veel verschillende sporten en elk land kan zijn of haar beste sportatleet op dat gebied er aan mee laten doen. Het doel van de atleten en de landen is natuurlijk om de gouden medaille te winnen.
Olympische spelen in de oudheid
Tussen de olympische spelen van nu en vroeger zit een groot verschil.
De olympische spelen zijn nu wereldbekend en kosten veel geld. Maar vroeger was dat heel anders, lees maar.
Zeus en Hera:
We denken altijd dat de olympische spelen altijd één en al sport is,
maar vroeger vanaf 776 v. Chr. was het een feest ter ere van Zeus. Er werden dan sportwedstrijden gehouden (dus al wel sport) alleen nog niet zo serieus. Het heet de olympische spelen omdat het altijd in het stadje, Olympia was. Ongeveer 4 keer in het jaar werd het dan georganiseerd. De olympische spelen werden gehouden in Olympia, de mensen vonden
dat heilige grond. Op deze plaats werd een tempel gebouwd voor Zeus en zijn vrouw Hera, later werd er een nog grotere tempel gebouwd, die was voor Zeus alleen, zijn vrouw Hera mocht de kleinere hebben.
Kleding:
Als je nu naar de olympische spelen gaat zitten er mannen en vrouwen. Maar vroeger in het begin was het alleen voor mannen, waarom? Omdat ze toen geen sportkleding hadden, moesten ze in hun blootje, en dan was dat niet zo netjes als vrouwen dat dan zagen.
Het stadion:
Het gebied waar de spelen werden gehouden werd stukje bij stukje aangelegd. De hardloopbaan werd het stadion genoemd. Voor de toeschouwers waren er niet eens tribunes of bankjes, ze moesten gewoon aan de zijkant staan kijken. Later werden er wel houten tribunes aangelegd. Weer later werden er nog meer dingen aangelegd zoals, het Palaestra waar de verspringers en vechtsporters konden trainen, en het Gymnasion waar de hardlopers en speer/discus werpers konden trainen. Daarnaast kwamen de verblijven voor de scheidsrechters (de hellanodikai) en hoogwaardigheidbekleders. Het mooiste van het hele sportcomplex waren toch de tempels van Hera en Zeus. Achter de tempel van Zeus was het heilige gebied, de Altis waar ook de heilige olijfboom stond waar ze met een gouden sikkel er takken afsneden voor de winnaars.
De sporten in de oudheid
Vroeger waren er natuurlijk ook andere sporten dan nu, sommige zullen misschien wel het zelfde zijn, maar er zijn ook sporten die heel anders zijn dan die wij nu kennen op de olympische spelen. Vroeger waren er bijvoorbeeld geen teamsporten zoals hockey, voetbal en basketbal.
De onderdelen:
- Hardlopen
- Speerwerpen
- Verspringen
- Discuswerpen
- Worstelen, Boksen en Pankration
- Wagenrennen en paardenraces
Hardlopen
Je had verschillende onderdelen bij hardlopen, je had de lange sprint (192 m.), de middenafstand (384 m.) en een lange afstand (4614 m.) Een bijzonder onderdeel van hardlopen was de hiplotodromos, een lange sprint met wapenuitrusting aan.
Speerwerpen
Speerwerpen was een onderdeel van de pentatlon (een soort vijfkamp).
Je had daarvoor een lichte speer van vlierhout nodig. Aan de speer zat een touw vast zodat de speer stabieler gegooid kon worden. Waarschijnlijk werden er vroeger net zulke grote afstanden gegooid dan nu dus ongeveer tussen de 80 en 100 m.
Verspringen
Vroeger ging het verspringen er anders aan toe dan nu.
De atleten kregen gewichten in hun handen en dan moesten ze met nog extra gewicht springen. Een ooit in Olympia gevonden gewicht was zo’n 4,5 kilo, dat betekent dat de verspringers met nog 9 kilo extra gewicht moesten springen. Er is bekend dat het record van vroeger zo’n 16,66 m.
en het record van nu 8,95, dus moesten ze gebruikt gemaakt hebben van de hink-stapsprong of ze hebben verschillende keren bij elkaar opgeteld.
Discuswerpen
Als er een sport bekend is van vroeger dan is het wel discuswerpen.
Vroeger verschilden de discussen van gewicht, maar voor een wedstrijd hadden ze wel allemaal hetzelfde gewicht. De discussen waren van brons, marmer of lood. We weten niet of ze vroeger ook al ronddraaide voordat ze gooiden.
Worstelen, boksen en pankration
De vechtsporten kwamen natuurlijk rechtstreeks uit de oorlog.
Bij worstelen moest je de tegenstander 3 keer op zijn rug gooien,
de wedstrijd was pas afgelopen als dat gebeurt was, hoelang het ook duurde. Bij boksen ging het net zolang totdat 1 van de 2 het opgaf. Ze gebruikte geen bokshandschoenen maar leren riemen, later kwamen er ook nog scherpe puntjes aan. Pankration was een vechtsport waarbij alles mocht, het enige dat niet mocht was elkaar de ogen uitsteken of elkaar bijten.
De olympische spelen nu
De olympische spelen van vroeger en nu zijn heel anders. De olympische spelen is het belangrijkste sportevenement van de wereld. De spelen zijn om de 4 jaar. De zomer spelen duren 2 weken en de winter spelen 10 dagen. Op het programma voor de zomer spelen moeten minstens 15 sporten staan. Om mee te mogen doen, moet je jezelf eerst kwalificeren. De groep die uiteindelijk mee mag doen wordt uitgekozen door het olympisch comité. Als je mee wil doen moet je tot de beste 15 van die sport behoren. De spelen worden om de 4 jaar gehouden, en elke keer is dat in een ander land. Het afgelopen jaar was het in China. In 1928 werden de olympische zomerspelen in Nederland gehouden. Nederland had al eerder geprobeerd om het in Nederland te doen, maar dat was niet gelukt.
Olympisch dorp:
Het olympisch dorp is een gebied waar tijdens de olympische spelen de sporters die aan de spelen meedoen in verblijven. Het dorp is alleen voor de sporters, de trainers en de bazen. Het olympisch dorp wordt goed bewaakt. De sporters die in het olympisch dorp zijn, kunnen alles doen wat ze willen en er is ook van alles. De sporters die in het dorp logeren hebben alles om zich heen wat ze nodig hebben, zo is er een hele grote eetzaal, een winkelcentrum, sportruimtes en nog veel meer. Het is eigenlijk een groot luxe hotel. Meestal is het olympisch dorp ook in de stad waar de spelen worden gehouden. Heel vaak zijn er ook sporten die niet in het olympisch stadion worden gehouden maar ver er buiten, dan is er een kleiner olympisch dorp.
De sporten van nu
Bij de zomerspelen heb je veel meer sporten dan bij de winterspelen. Als je alle sporten bij elkaar optelt en dan ook de verschillende richtingen van een sport heb je bij de zomerspelen wel zo’n 237 onderdelen.
De sporten van de zomerspelen:
- Atletiek
- Kleiduivenschieten
- Baanwielrennen
- Moderne vijfkamp
- Badminton
- Mountainbike
- Basketbal
- Paardensport
- Beachvolleybal
- Ritmische gymnastiek
- BMX
- Roeien
- Boksen
- Schermen
- Gewichtheffen
- Taekwondo
- Handbal
- Tafeltennis
- Handboogschieten
- Tennis
- Hockey
- Trampoline springen
- Judo
- Triatlon
- Turnen
- Voetbal
- Volleybal
- Waterpolo
- Wielersport
- Worstelen
- Zeilen
- Zwemmen
Dit zijn de sporten van de Olympische zomerspelen, bij elkaar zijn het 32 onderdelen. Als je nou kijkt, dan zie je dat voetbal er ook tussen staat maar, dat wordt altijd iets eerder gehouden dan de olympische spelen zelf.
BMX:
Dit is een soort crossfiets en sinds de spelen van 2008 (dit jaar dus)
doet deze sport ook mee aan de olympische spelen.
De winterspelen:
Bij de winterspelen heb je veel minder onderdelen dan bij de zomerspelen, namelijk maar 10, daarom zijn de zomerspelen ook het belangrijkst.
De sporten van de winterspelen:
- IJshockey
- Skiën
- Snowboarden
- Schaatsen
- Bobsleeën
- Curling
- Alpineskiën
- Biatlon
- Rodelen
- Shorttracks