Fietsen als prestatiesport: een typische duursport
Fietsen is een typische duursport, die in de categorie prestatiesporten het grootste aantal trainingsuren per jaar kent. Wie zijn hartfrequentie als leidraad voor de trainingsintensiteit aanhoudt, kan daarmee een wezenlijke bijdrage aan zijn conditie en gezondheid leveren. De snelheid van een fietser is niet direct representatief voor diens atletische prestatie, omdat die snelheid door verschillende weerstanden wordt beïnvloed. Daartoe behoren: zwaartekracht, rolweerstand en luchtweerstand.
Energieverbruik bij fietsen
Fietsen is uit een oogpunt van preventie een ideale sport. Daarbij is de trainingsintensiteit de beste indicatie voor het
energieverbruik. Die is het beste te monitoren door middel van de individuele
hartslagfrequentie (Hf).
De glycogeenvoorraad in de spieren en de lever volstaat voor een intensieve belasting van slechts 90 tot 120 minuten, zodat extra voeding (koolhydraten) en vochtinname bij langere inspanningen noodzakelijk zijn. De benodigde inname van koolhydraten per uur belasting bedraagt 40 tot 60 gram. De in spieren en vetweefsel opgeslagen vrije vetzuren zijn bij een belasting van meerdere uren goed voor meer dan 70% van de energiebehoefte.
Wielrennen, ontstaan en geschiedenis
Basis van het fietsen was een briljante uitvinding van Baron Drais von Sauerbronn, die in 1818 zijn loopfiets uitvond. Na talloze technische verbeteringen van de fiets ontstond al halverwege de 19e eeuw het
wielrennen. De de beroemde
Tour de France werd voor het eerst georganiseerd in het jaar 1903.
Fietsen als onderdeel bij triatlon en duatlon
Uit de aanvankelijke voorkeur voor wegwedstrijden hebben zich inmiddels vele afzonderlijke disciplines ontwikkeld, die op de agenda van het WK of de Olympische Spelen staan. Tegenwoordig vormt fietsen ook een onderdeel van diverse combinatiesporten zoals:
- triatlon,
- duatlon en
- wintertriatlon.
Overigens is het met veel traditie omgeven fietsen niet langer een privilege van de wedstrijdsport maar wordt in alle leeftijdsgroepen en door beide geslachten bedreven.
We fietsen 4 maal sneller dan we lopen
Waarom zich juist fietsen zo goed heeft doorgezet? Omdat je met eenzelfde hoeveelheid energie een 4 maal snellere voortbeweging bereikt ten opzichte van lopen. Gaan we bij een looptempo van 5 km per uur (1,4 m/s) uit van een inspanningsbelasting van 50 W, dan bereiken we met dezelfde hoeveelheid energie op de fiets een snelheid van 20 km per uur (5.6 m/s).
Racefiets vs. mountainbike
Voor de individuele wielersport zijn talrijke
fietsconstructies ontwikkeld die allemaal moeten leiden tot een snellere voortbeweging onder dezelfde rijomstandigheden. Een typische racefiets weegt vandaag de dag minder dan 9 kg.
Een trendy fiets is tegenwoordig ook de mountainbike. Die populariteit laat zich momenteel verklaren door het feit dat het toenemende autoverkeer voor wegfietsers niet zonder gevaar is. Door het rijden in een verkeersarm gebied, vaak met een hoge belevingswaarde (natuurschoon), stijgt de populariteit van deze fietsen bij de fietsbeoefening.
Rolweerstand en luchtweerstand bij fietsen
De favoriete vergelijkingsmaat om fietsprestaties te meten is de snelheid die in kilometers per uur wordt uitgedrukt. Maar de fietssnelheid is niet representatief voor de op te brengen kracht respectievelijk het energieverbruik, omdat vele fysieke wetmatigheden van invloed zijn. Op de prestaties in de wielersport zijn verschillende factoren van invloed.
De bij het fietsen optredende weerstanden zijn hieronder kort aangegeven:
- De zwaartekracht, die afhankelijk van lichaamsgewicht en gewicht van de fiets optreedt bij beklimmingen en afdalingen;
- De rolweerstand, die afhankelijk is van de snelheid, het loopvlak van de band en het wegdek;
- De luchtweerstand, onder meer afhankelijk van het feit of men alleen of in groep fietst en de zitpositie. De luchtweerstand heeft trouwens de grootste invloed op de fietssnelheid. Rijden in de “slipstream” bespaart tot 40% aan energie.