Diverse tikspelletjes voor kinderen
Kinderen zijn gek op 'tikkertje'. Het wordt nog steeds veel gespeeld op het schoolplein, op straat en in de gymzaal. Een kleine variatie maakt het spel extra spannend en kinderen bedenken zelf dan ook allerlei nieuwe uitvoeringen. Als ze het even niet weten staan hier nog een aantal tips. Ook leuk voor kinderfeestjes!
Tikkertje in het bos
De helft van de kinderen stelt een boom voor en verspreidt zich in de ruimte. De overige kinderen gaan nu tikkertje spelen, maar moeten de bomen ontwijken. Een kind is af (wordt óók een boom!) als hij getikt is óf als hij per ongeluk een boom raakt.
Ongelukstikkertje
Tikkertje met twee tikkers. Het kind dat getikt wordt is tikker, maar houdt de hand op de plaats waar hij getikt is. (Dus proberen “moeilijk” te tikken!)
Tikkertje verkeerd
Als tikkertje met twee tikkers (hand in hand), maar nu geven de tikkers elkaar de verkeerde hand. Allebei rechts of links.
Inktvis-tikkertje met touwtje
Twee kinderen houden samen een kort touwtje vast. Met de vrije hand mogen ze nu proberen de anderen te tikken. Wie getikt wordt, gaat aan de kant zitten. Laat een tikker het touwtje los, dan zijn alle getikte kinderen weer vrij.
Inktvis-tikkertje met stok
Voor een grote groep: vier kinderen pakken (twee aan elk uiteinde) een stok met één hand vast en trachten de andere kinderen te tikken. Minstens twee inktvissen nemen.Korte tikbeurten. Als er bv. drie kinderen af zijn, kan het kind dat het eerst af was weer meespelen.
Kat en muis
Alle kinderen (muizen) krijgen een lint of touwtje en stoppen dit achter bij de rok of broek in, behalve één kind (de kat). De kat moet nu proberen de staarten van de muizen af te pakken.
Voorwerp-tikkertje
Twee kinderen, die een voorwerp (steen, stok, sjaal, tas, of i.d.) in de hand hebben, proberen iemand te tikken. Wie dit lukt, legt snel het voorwerp neer, dat door de getikte direct moet worden opgepakt. Deze probeert nu weer iemand anders te tikken. Wie op fluitsignaal van de scheidsrechter in het bezit is van een voorwerp, krijgt een strafpunt! (Dit spel kan ook met muziek; als je het voorwerp in je hand hebt en de muziek stop, ben je af!)
Tikkertje met verlos door boksprong
Minstens twee tikkers. De kinderen die af zijn, gaan op de plaats waar ze getikt zijn, bok staan. De andere kinderen mogen proberen over de bok te springen met een spreidsprong: op deze manier is de bok verlost en kan hij weer meedoen.
Variatie: verlossen door onder de gespreide benen door te kruipen.
Spionnen tikkertje.
Eén kind is de spion en mag niet weten wie er wordt gekozen als de knipoog-moordenaar! (Even een eindje verderop staan!) Als de moordenaar de kinderen aankijkt en knipoogt moeten ze op de grond gaan liggen. De spion ziet steeds meer kinderen neervallen en moet er achter komen wie de moordenaar is. Als hij het weet roept hij: 'moordenaar' en mag hij proberen de moordenaar te tikken. Daarna worden er een nieuwe spion en moordenaar gekozen.
Boompje verwisselen.
Kan alleen in het bos of in een park. De kinderen spreken af welke bomen er meedoen. Er is één tikker en alle andere kinderen staan bij een boom. Als je een boom aanraakt mag je niet getikt worden. Op een afgesproken teken moeten alle kinderen van boom wisselen. Dit lijkt gemakkelijk, maar er mag maar één kind bij een boom staan...
Toneel-tikkertje
Als tikkertje met één tikker, maar er moet van te voren worden afgesproken welke rol je gaat spelen als je getikt bent. Alle kinderen die getikt zijn gaan bijvoorbeeld rondlopen als een hoogbejaard iemand, als een robot, een bepaald dier, een soldaat, een dronkaard, een baby, of als een balletdanseres.
Heks en toverfee tikkertje
Twee heksen (afhankelijk van het aantal kinderen) rennen rond. Als ze iemand tikken verzinnen ze ter plekke wat diegene 'wordt'! Het kan van alles zijn, maar als je getikt bent moet je het uitvoeren. (Variatie toneel-tikkertje, maar nu is iedereen steeds iets anders.) Gelukkig loopt er ook een toverfee rond, die je met een tikje op het hoofd weer kan verlossen van de betovering.
Smurfentikkertje
(Lijkt op 'spionnentikkertje'.) Alle kinderen gaan op de grond zitten met hun hoofd naar beneden en hun ogen dicht. De begeleider loopt er tussen door, om de verlossers en de tikkers aan te wijzen. "Jij bent Grote Smurf, jij bent Smurfin, jij bent Gargamel en jij bent Azraëll." Hij tikt de vier kinderen daarbij op het hoofd. Gargamel en Azraël zijn de tikkers, Grote Smurf en Smurfin de verlossers! Alle andere kinderen zijn smurfen, maar ze weten natuurlijk niet wie de tikkers en de verlossers zijn en de tikkers en verlossers weten dat ook niet van elkaar. Lekker spannend dus! Iedereen gaat nu lopen. Gargamel en Azraël tikken niet maar knipogen! Als een smurf 'afgeknipoogt" is, gaat hij op de grond zitten. Grote Smurf en Smurfin lopen langs de kinderen die 'af ' zijn en tikken ze even op de schouders; dan zijn ze weer vrij! Gargamel en Azraël zijn natuurlijk druk met 'knipogen', maar als ze erachter komen wie de verlossers zijn, roepen ze "Grote Smurf" en mogen ze die écht proberen te tikken. Rennen dus; Gargamel en Azraël áchter de Grote Smurf en Smurfin aan. Als de verlossers; Grote Smurf en Smurfin, getikt zijn, is het spel afgelopen en worden er opnieuw tikkers en verlossers aangewezen.