Keeper - Sluitpost van het voetbalelftal
De keeper is de sluitpost van het voetbalelftal. Wanneer de andere 10 spelers niet in staat zijn om de tegenstander van scoren af te houden dan is daar altijd nog de keeper. De keeper bewaakt het doel waar de bal in moet. Een ploeg zal nooit een wedstrijd winnen wanneer de keeper niet minimaal één keer gepasseerd is. De enigste taak waar een keeper zich mee bezig moet houden is het schoonhouden van zijn doel.
Doelstelling van de keeper
Voor de keeper zijn er in de afgelopen jaren heel wat zaken veranderd. Niet alleen de spelregels maar ook de kleding en het schoeisel zijn aangepast aan de noodzaken van de hedendaagse keepers. Buiten deze veranderingen om is er één ding nog steeds hetzelfde gebleven en dat is de doelstelling van de keeper. De doelstelling is en blijft het voorkomen van doelpunten door de tegenstander al dan niet door een eigen veldspeler. Wanneer veldspelers niet meer in staat zijn om de tegenstander van scoren af te houden dan is daar als laatste redmiddel de keeper. Een belangrijke maar vaak ondankbare taak. De keeper is namelijk de persoon die zich vaak verantwoordelijk voelt voor het doelpunt, terwijl dit natuurlijk niet altijd het geval hoeft te zijn.
Spelregels voor de keeper
Hieronder staan spelregels waar een keeper aan moet voldoen:
- Om de keeper te herkennen moet hij/zij een ander tenue dragen dan zijn medespelers.
- De keeper is als enige lid van de ploeg in staat om de bal met de handen te pakken. Dit mag alleen binnen het 16-meter gebied.
- De keeper heeft een beschermende status binnen het 5-meter gebied. Wanneer hij/zij gehinderd wordt bij het pakken van de bal dan krijgt de keeper een vrije trap mee in zijn/haar voordeel.
- Bij een terugspeelbal via de voet van een medespeler mag de keeper de bal niet oprapen.
- Bij een terugspeelbal door middel van een ingooi mag de keeper de bal niet oprapen.
- Wanneer de keeper de bal langer dan 6 seconde in zijn/haar handen heeft dan krijgt de keeper een vrije trap tegen op de plek waar dit gebeurt.
- Bij een strafschop mag de keeper niet van zijn doellijn afkomen voor dat de strafschopnemer de bal heeft aangeraakt. Hij/zij mag wel bewegen op de doellijn.
- Bij een achterbal moet de uittrap binnen het 5-meter gebied worden genomen (dit geldt niet alleen voor de keeper maar ook voor een veldspeler).
Taken van een keeper
Buiten het afstoppen van doelpunten heeft een keeper tijdens een wedstrijd meer taken uit te voeren. Hieronder een overzicht wat een keeper kan doen tijdens een wedstrijd:
- Voorkomen van doelpunten.
- Stoppen van strafschoppen.
- Tijdens hoekschoppen de medespelers bij de doelpalen zetten en de medespelers de tegenstanders laten verdedigen.
- Nemen van doeltrappen.
- Nemen van vrije trappen in en rondom het 16-meter gebied.
- Aanbieden als aanspeelpunt wanneer de verdediger de bal niet kwijt kan aan een medespeler.
- Coachen van medespelers (keeper heeft het beste overzicht over het team omdat hij de enige speler is die iedereen kan zien).
Technische vaardigheden van een keeper
Hieronder worden de technische en tactische vaardigheden van een keeper beschreven die belangrijk zijn om aan te voldoen. Niet iedereen kan zomaar keeper worden. Hier zijn talent en vaardigheden voor nodig die iemand anders niet beheerst:
- De keeper moet een goede basisconditie hebben om tijdens een wedstrijd goed en snel te herstellen van alle explosieve acties/reddingen die hij/zij moet verrichten.
- Naast een goede basisconditie moet een keeper beschikken over voldoende explosieve kracht (in de benen) om zich te kunnen verdelen over het gehele doelgebied om reddingen te verrichten.
- De keeper moet beschikken over krachtige/explosieve bovenbeen voor de uittrap.
- Tevens moet de keeper beschikken over een goede traptechniek om zijn medespelers de bal in de voeten te passen.
- Naast een goede traptechniek is inzicht in het spel een vereiste. Dit houdt in dat hij/zij moet weten wanneer/waar/hoe en waarom hij een bal moet inspelen en positie moet innemen.
- Keeper moet in staat zijn om een bal klemvast te hebben zonder deze los te laten. Een goede vangtechniek is geoorloofd.
- Naast een goede vangtechniek is een goede werptechniek ook belangrijk voor het snel verder zetten van het spel.
- Een keeper moet beschikken over goede reflexen wanneer hij/zij een echte lijnkeeper is.
- Wanneer een keeper ervan houdt om uit te komen moet hij/zij beschikken over een goede wendbaarheid en snelheid om eerder bij de bal te zijn dan de tegenstander (of zelfs medespelers).
- Een keeper moet lef hebben. Hij/zij moet de duels niet schuwen en nooit twijfelen aan zijn acties.