Waarom scheren wielrenners hun benen?
Als je aan wielrenners vraagt waarom zij hun benen scheren krijg je vaak geen eenduidig, logisch en overtuigend antwoord. De meeste verklaringen hebben te maken met: traditie, massage, schaafwonden en luchtweerstand. Welbeschouwd zijn dit geen dwingende redenen voor een renner om zijn benen te scheren, behalve als hij beroepsrenner of elite-amateur is. De belangrijkste reden dat de meeste wielrenners hun benen scheren is hun toewijding aan de sport: hij lijkt dan net een echte wielrenner. Hij scheert zich overigens met een scheermes.
Wielrenners hechten aan traditie
Wielrenners
scheren hun benen omdat dit nu eenmaal de traditie van de wielersport is. Beroepsrenners hebben het altijd al gedaan, maar niemand kan je precies vertellen hoe dat zo ontstaan is. Het is in ieder geval geen verplichting die is opgelegd door de wedstrijdregels van de wielerbonden, zoals bijvoorbeeld het dragen van een helm. Het scheren van de benen past wel helemaal in de wielersporttraditie om er piekfijn uit te zien; ‘er gesoigneerd uitzien’ heet dat in wielerjargon. Dit betekent dat een wielrenner altijd aan de start verschijnt met frisse, goed passende en niet versleten kleding, een schone en goed geoliede fiets en… geschoren benen. Doet hij dit niet dan is de kans groot dat hij hier een opmerking over krijgt van de renner die naast hem aan de start staat. Met ongeschoren benen straalt hij immers uit dat hij zich niet optimaal heeft voorbereid op de wedstrijd, en de koers en de tegenstanders dus niet serieus neemt. Maar zo’n opmerking wordt wel altijd met een knipoog en een glimlach gegeven. Kortom: met het scheren van zijn benen conformeert een wielrenner zich aan de wielertraditie en toont toewijding aan zijn sport.
Massage is effectiever met geschoren benen
Bij geschoren benen kan een masseur minder olie gebruiken dan bij harige benen. De handen hebben daardoor beter grip op de spieren, maar kunnen toch soepel over de huid bewegen. Hierdoor kunnen de spierknopen beter worden weggemasseerd. De massage is dus effectiever. Dit is gunstig voor beroepswielrenners die elke dag gemasseerd worden en snel moeten herstellen. Met geschoren benen is er ook minder kans dat haarzakjes gaan irriteren of ontsteken.
Betere hygiëne bij schaafwonden
Wielrenners vallen soms, zeker de wedstrijdrijders. Een flinke schuiver geeft vaak een grote schaafwond op het been. Met al het vuil en stof op straat zijn geschoren benen iets hygiënischer dan ongeschoren benen. Er blijft immers geen vuil aan de beenharen zitten, waardoor de wond beter kan worden schoongespoeld en de kans op infecties kleiner is. Dit is vooral relevant voor beroepsrenners die vaak nog tijdens de koers worden verzorgd door de arts in de volgwagen. Ook kan het verwijderen van pleisters en verband pijnlijk zijn als er haartjes onder vastgeplakt zitten. Bovendien kan de wond dan weer open gaan.
Luchtweerstand lijkt geen goede reden om te scheren
Om zo snel mogelijk te fietsen moet een wielrenner zorgen dat hij zo min mogelijk luchtweerstand ondervindt. Er is onvoldoende wetenschappelijk bewijs om te denken dat door geschoren benen de aerodynamica van een wielrenner verbetert. Het is zelfs mogelijk dat met behaarde benen minder turbulentie van de luchtstroom optreedt. Hierdoor zou de luchtweerstand zelfs lager kunnen zijn dan met geschoren benen. In dat geval hebben de haren dezelfde functie als de ribbels op een schaatspak. Al met al is aerodynamica geen overtuigende reden voor een wielrenner om zijn benen te scheren. Als er al een effect is, is dit marginaal.
Ontharen met een scheermes
Wielrenners scheren hun benen met een
scheermes en scheerschuim. Ontharing met een epileer-apparaat, harsen of crème zijn methoden die zelden worden gebruikt. Wel wordt na de winter de tondeuse gebruikt om de wintervacht eerst drastisch in te korten. Daarna wordt met een frequentie van minimaal eens per week de benen geschoren. Ofschoon wielrenners zich niet schamen voor het feit dat zij hun benen scheren, praten zij hier onderling niet over.
Lees verder