Wereldkampioenschap langebaan-schaatsen: Sprint voor mannen

Schaatswedstrijden zijn in Nederland bijzonder populair, vooral de internationale wedstrijden. Een van de meest spectaculaire schaatskampioenschappen is wel het wereldkampioenschap schaatsen sprint. Het zijn altijd korte, felle wedstrijden over 500 en 1000 meter, explosies van kracht en techniek, met supersnelle snelheden en al even supersnelle tijden. Wie zijn de wereldkampioenen sprint bij de mannen?

Schaatsland

Nederland is wat je noemt een schaatsland. Het schaatsvirus uit zich ofwel in door in winterse tijden zelf de schaatsen onder te binden of aan te trekken, ofwel door de verrichtingen van schaatsende sporters te volgen. Nederlandse schaatsers kunnen in eigen land rekenen op veel belangstelling. Als er wedstrijden in Nederland worden verreden, of dat nu om de allround Europese titel gaat, om wereldbekerwedstrijden of om wereldkampioenschappen, de tribunes zitten meestal goed vol. Dat ziet er gezellig uit, maar volle tribunes zijn voor de sporters zelf natuurlijk een bron van motivatie, om het beste uit zichzelf in snelheid op het ijs te vertalen.

Sprintkampioenschap, kracht en snelheid

Naast de gewone allround toernooien, is er de laatste decennia ook veel aandacht voor de kortere afstand: de sprint. In sommige landen leggen de schaatsers zich minder toe op het allround-zijn, maar specialiseren zich op de kortere afstanden, zoals de 500 meter en de 1000 meter. Het zijn explosies van kracht en snelheid, voor de sporters maar ook voor het publiek spectaculair en spannend. De twee korte afstanden, de 500 meter en de 1000 meter, komen aan bod op het sprintkampioenschap. Op het WK sprintkampioenschap worden wedstrijden gereden door mannen en door vrouwen.

WK Schaatsen, sprint voor mannen

Sinds 1970 wordt door de ISU, de Internationale Schaatsunie, een wereldkampioenschap langebaan-schaatsen sprint gehouden, al waren de eerste twee edities onder een iets andere naam. Zoals bij allround-toernooien verschijnen de schaatsers ook hier vier keer aan de start. Gaat het bij het allrounden om vier verschillende afstanden, bij de sprinters wordt twee keer een 500 meter en twee keer een 1000 meter gereden. Per afstand krijgt de sporter punten. Deze punten zijn afgeleid van de gereden tijd en steeds teruggerekend naar de 500 meter. Hoe sneller hoe beter het is, dus hoe minder punten een schaatser heeft behaald hoe beter het is. De sprinter die na alle vier zijn ritten de minste punten heeft, mag zich de nieuwe kampioen noemen. Tot 1986 waren drie afstandoverwinningen voldoende om kampioen te worden, sindsdien moet je echt de minste wedstrijdpunten hebben. Heb je een van de afstanden niet uitgereden, bijvoorbeeld door niet aan te start te verschijnen of door een val, dan komt je naam niet meer in het eindklassement voor.

Lijst

In de lijst hieronder zie je de kampioenen weergegeven. Onder de lijst vind je nog een grafiek, waarin duidelijk wordt welke nationaliteiten de kampioenen hebben.

Grafiek

In de grafiek zie je per land aangegeven hoe vaak men een sprintkampioen had.

Lees verder

• Europese kampioenen heren - langebaan-schaatsen
• Europese kampioenen dames langebaan-schaatsen
• Wereldkampioenschappen allround langebaan-schaatsen vrouwen
• Wereldkampioenschappen langebaan-schaatsen allround mannen