Wim van Est: Van diepe val tot marketing stunt
In 1951 rijdt een Nederlander in de gele trui in de Ronde van Frankrijk. Voor de Nederlanders een speciale gebeurtenis, want veel koersen hadden ze tot dan nog niet kunnen winnen. De man, Wim van Est, gaat in een belangrijke rit echter zwaar onderuit en tuimelt een ravijn in. Tot ieders verbazing overleeft hij de val. Wat volgt is een legendarisch stukje marketing, nog voor er van die term ook maar sprake was.
Nederlandse Tourwinnaar?
We zijn in het jaar 1951. Op dat moment is het wielerpalmares van Nederland nog zo goed als leeg. Tot er in juli van dat jaar plots een Nederlander in het geel rijdt in de Ronde van Frankrijk. Het gaat om Willem (Wim) van Est uit Noord-Brabant, vlakbij de Belgische grens. Een jongen uit Sint Willebrord, ook wel ’t Heike genoemd. Van Est had verschillende bijnamen, zoals ‘IJzeren Willem’, ‘De Beul van ’t Heike’ en ‘De Locomotief’. Wim van Est was een eenvoudige, volkse jongen met een grote mond en een enorme wilskracht. Van Est rijdt dus in het geel in de Ronde van Frankrijk en op 17 juli 1951 staat een belangrijke wedstrijd op het programma om een optie te nemen op de eindzege. Heel Nederland zet zich achter de radio om de rit live te kunnen volgen. Een Nederlander maakt kans om de Tour te winnen! De beslissing in die rit zal vallen in de Pyreneeën, op de berg Aubisque. Het enige probleem voor Van Est is dat het gaat om een afdaling en niet om een beklimming. ‘IJzeren Willem’ was namelijk niet zo’n goede daler, hij was zelfs nog nooit een berg van eerste categorie naar beneden gereden!
Risicovolle afdaling
Om zijn gele trui te behouden, besluit hij dan maar om met volle snelheid naar beneden te vliegen. Dat zou hij wel even oplossen! Voor hem in de afdaling rijdt de Italiaan Fiorenzo Magni, een van de beste dalers van het peloton. Een ideaal spoor dus om te volgen voor Van Est. Magni wist altijd perfect op het randje uit te komen. Maar daar loopt het mis bij Van Est. Hij probeert de lijn van de Italiaan te volgen en gaat al in één van de eerste bochten onderuit. Hij schuift over het asfalt en van de zijkant van zijn gele trui blijft niet veel meer over. Maar zijn bijnaam is niet voor niets ‘IJzeren Willem’. Hij staat weer recht en begint opnieuw alles te geven om zijn gele trui te redden. Om weer bij Magni te kunnen aansluiten, gaat hij zelfs nog meer risico nemen. Geen goed idee. Bij de volgende scherpe bocht gaat het weer fout. Van Est stuikt enkele meters naar beneden, maar komt weer overeind en begint nogmaals aan een inhaalrace. Hij komt ook telkens een beetje dichter bij de Italiaan, maar neemt hiervoor te veel risico’s. Er komt opnieuw een scherpe bocht aan en dit keer loopt het goed fout. De weg is er zeer smal geworden, daarnaast een stukje gras en vervolgens het grote niets.
'De Val'
Heel Nederland, dat nog steeds aan de radio gekluisterd zit, hoort hoe Wim van Est een metersdiep ravijn is ingereden. Vreugde om de leidersplaats wordt verdriet. ‘IJzeren Willem’ is verongelukt, dat kan niet anders. De eerste volgwagens stoppen, ploegleider Kees Pellenaars huilt, ook de pers en nog wat renners staan erbij. Wanneer ze naar beneden kijken zien ze zo’n 60 à 70 meter diep een bewegingsloze Wim van Est liggen. Om bij Van Est te komen, moeten een aantal mensen zelf het ravijn afdalen. Eén van de eersten die hieraan begint, is de Belgische fotograaf Roger Piron. Dit doet hij niet zonder risico. Als hij beneden bij Van Est aankomt, ziet hij tot zijn verbazing een huilende man zitten tussen de rotsen. Wim van Est heeft de val overleefd! Heel Nederland roept Van Est uit tot held van de natie, ondanks het feit dat hij niet de eerste Nederlandse Tourwinnaar zal worden. Wie de val ook had overleefd, was het Pontiac horloge dat Wim van Est droeg. En daar wisten ze op het hoofdkantoor van het horlogemerk wel iets mee te doen.
Briljant stukje koopmansgeest
Op het moment dat Roger Piron bij Van Est kwam, kon hij namelijk een prachtig beeld vastleggen. Bij dit beeld bedacht een dame van de administratie een rijmpje. “Zeventig meter viel ik diep, m’n hart stond stil maar m’n Pontiac liep”. Het bedrijf liet onmiddellijk advertenties verschijnen met dit rijmpje bij de foto van een huilende Van Est. Het zou een legendarische marketingactie worden, terwijl dat woord toen nog niet bestond. Plots kende iedereen Pontiac en wílde iedereen een Pontiac. De verkoop van het merk verdubbelde binnen korte tijd tot 160.000 exemplaren per jaar. Bij het bedrijf wisten ze ook goed hoe ze de situatie tot op de laatste druppel konden uitmelken. In kermiskoersen waaraan Van Est meedeed, reed ook altijd een wagen met een groot Pontiachorloge op het dak. Ook de fiets waarmee hij viel werd gebruikt om de verkoop te stimuleren. Die fiets maakte namelijk een tour langs alle juweliers die Pontiac verkochten. Er kwam ook een nieuwe horlogelijn, de ‘Maillot Jaune’. Een aantal slimme acties die de verkoop van het merk een enorme boost gaven. Wim van Est won nadien nog een aantal mooie koersen in zijn carrière, zoals de Ronde van Vlaanderen en drie tour etappes. Maar het is vooral de val waarmee hij de rest van zijn leven geconfronteerd werd.