Een hike of wandeltocht maken, wat neem ik mee?
Wanneer je een wandeltocht wil gaan maken is het belangrijk de juiste spullen mee te nemen, maar welke, en waarom deze? Licht reizen is belangrijk, je zult je eigen spullen meedragen. Wanneer je één dag gaat wandelen is dit goed te overzien, water is het belangrijkste om mee te nemen, een lunch of snack en wat eerste hulpspullen komen goed van pas. Bij langere wandeltochten moet je meer meenemen. In uitgestrekte natuurgebieden in het buitenland is het belangrijk hulp te kunnen inroepen.
Eén dag
Het maakt een verschil of je een tocht van een dag maakt, of een tocht van meerdere dagen. Bij een dag wandelen kom je ’s avonds weer thuis aan. Je hebt veel minder spullen nodig, want je kunt later op de dag bij al je benodigdheden.
Eerste hulp: Eerste hulp artikelen dien je altijd bij je te hebben, zeker als je langere tijd gaat wandelen. Om licht te kunnen trekken, is het belangrijk zo min mogelijk mee te nemen. Een eerste hulp set voor onderweg hoeft niet groot te zijn, maar er zijn een aantal dingen die er minimaal in moeten zitten. Hieronder een suggestie voor een set om mee te nemen.
Naald of speld: voornamelijk geschikt om blaren door te prikken.
Pincet: dit kan van pas komen om bijvoorbeeld splinters te verwijderen. Het neemt weinig ruimte in en kan goed van pas komen.
Tekentang: een tekentang of ander werktuig om teken te verwijderen is altijd handig om mee te nemen. Gebruik geen pincet om teken te verwijderen, hiermee vergroot je de kans om de teek kapot te maken, waardoor de ziekte van lyme overgebracht kan worden.
Pleisters, verband en desinfecteermiddel: om kleine wonden te behandelen zijn pleisters en verband handig. Gebruik altijd eerst desinfecteermiddel, wanneer je buiten bent is de kans groot dat hetgeen waaraan je je gesneden hebt besmet is. Gebruik desinfecteermiddel ook bij open geprikte blaren en verwijderde teken.
Schone sokken: na een rustmoment is het verstandig om schone sokken aan te trekken, dit verkleint de kans op blaren op de voeten.
Water, heel veel water: zeker op warme dagen moet je voor een dag wandelen op meer dan 2 liter rekenen. Op koele dagen is gemiddeld anderhalve liter genoeg. De hoeveelheid water die nodig is verschilt per persoon. Probeer zoveel mee te nemen dat je na de wandeling nog een paar slokken overhebt. Is dit niet het geval, dan heb je te weinig meegenomen.
Vruchtensap of andere zoete drank: zoete drankjes geven snel energie. Tijdens een wandeling werkt dit sneller dan wat eten.
Eten: loop je een hele dag, zorg dan voor voldoende voedsel.
Mobiele telefoon: een absolute must voor noodgevallen. Vertrouw nooit volledig op je telefoon, het kan zijn dat je geen signaal hebt.
Zonnebrand en insectenwereld middel: dit spreekt voor zichzelf, neem bij voorkeur reisverpakkingen mee.
Camera en verrekijker: indien beschikbaar zijn deze leuk om mee te nemen.
Buitenland
Ga je wandelen in het buitenland en loop je door uitgestrekte natuurgebieden, dan komen er nog een aantal zaken bij.
Noodfluitje: om contact te leggen met mensen op grotere afstand. Als je de weg kwijtraakt heb je in uitgestrekte natuurgebieden niet altijd signaal voor je telefoon. Met een noodfluitje kun je effectief hulp inriepen.
Kaarten: in Nederland zijn wandelkaarten vaak geen noodzakelijkheid, er zijn veel routes uitgezet. In andere landen is dit niet altijd het geval.
Meerdere dagen
Ga je een langere tocht maken, dan dien je meer spullen mee te nemen. Neem in elk geval de eerder genoemde spullen mee en zorg dat je hier tijdens de wandeling makkelijk bij kunt. Daarbij komen nog een aantal producten om mee te nemen.
Kleding: dit spreekt voor zich. Neem zoveel mogelijk kleding mee die je in lagen kunt dragen, tijdens het wandelen kun je het makkelijk warm krijgen.
Leukoplast: of ander tape. Dit kan worden gebruikt om spullen te reparen, maar ook om gevoelige plaatsen af te plakken om de vorming van een blaar te voorkomen.
Extra drinkfles: zeker wanneer je een goedkope plastic fles meeneemt, kan deze kapot gaan. Een extra fles zorgt ervoor dat je in deze gevallen nog wel water mee kunt nemen.
Zakmes: dit is altijd handig om mee te nemen. Om bijvoorbeeld dingen te snijden, te knippen of te openen.
Voedsel: wat je meeneemt aan eten hangt af van waar je van plan bent te gaan eten. Voldoende voedsel meenemen voor een week is niet realistisch, maar voor een paar dagen wel. Vergeet niet dat je ook na de eerste dag wilt lunchen!
Slaapspullen: het maakt een groot verschil of je in hotels slaapt of in een tent. Als je in een tent slaapt, moet je alles zelf meenemen. Van de tent tot aan de slaapzak en een luchtbed of matje. In een hotel hoef je niets van dit alles mee te nemen. Ga je een huttentocht maken, zoek dan van tevoren uit of je nog lakens of een slaapzak mee moet nemen.
Binnenland of buitenland
Ga je naar het buitenland, dan is de paklijst bijna hetzelfde als wanneer je in het binnenland blijft. De kleding is wellicht dikker of dunner, maar de basis blijft hetzelfde. Wel is het belangrijk het juiste (locale) geld mee te nemen en je paspoort of identiteitskaart (binnen Europa).
Tot slot
Al met al het is maken van een wandeltocht een geweldige ervaring. Door een goede voorbereiding te treffen zijn de meeste problemen onderweg te voorkomen of te verhelpen. Geniet van de reis!