Je paard beleren: Welke materialen heb je nodig?
Bij je nieuwe paard heb je wellicht allerlei spullen aangeschaft of je hebt nog spullen van een ander paard. Hoe deze eruit zien, doet niet zo ter zake, als ze maar veilig zijn! Dure, hightech materialen kun je wellicht beter voor later bewaren, als je paard eenmaal goed beleerd is. Een jong paard kan je spullen namelijk wel eens goed uittesten op degelijkheid! Het zou zonde zijn, als hij net je nieuwe, dure, leren halster aan stukjes trekt tijdens een spannend moment. Het belangrijkste is veiligheid en gebruiksgemak. Dat is de maatstaf bij alles wat je aanschaft voor een jong paard. Of het duur of goedkoop is, is jouw eigen keuze. Weet wel dat niet alle dure producten ook de beste zijn. Wat heb je in ieder geval nodig voor het beleren van jouw paard en waar moet je op letten bij aanschaf?
Inhoud
De materialen die je kiest om te gebruiken bij het beleren van een paard moeten tegen een stootje kunnen. Je paard zou wel eens rare capriolen uit kunnen halen als iets te spannend is of als hij te veel energie heeft. Neem dus betrouwbare materialen. Check voordat je aan de slag gaat of al je spullen nog in orde en veilig zijn. Schaf je nieuwe spullen aan, bekijk dan in de winkel al hoe degelijk ze zijn.
Halsters en touwen
Touwhalsters
Tegenwoordig zie je steeds vaker dat er gebruik gemaakt wordt van touwhalsters. Dit zijn fijne halstertjes om je paard te leren wijken voor druk en om hem allerlei grondwerkoefeningen aan te leren. Ze zijn echter absoluut niet geschikt om een paard aan vast te zetten! De touwtjes zijn dun en werken veel scherper in dan een gewoon halster. Gaat een paard daar aan hangen, dan kan dat behoorlijk in de huid snijden en het geeft erg veel druk op een kleine plaats. Je paard kan hier serieuze blessures door oplopen. Dit halster is dus alleen geschikt als trainingshalster!
Gewoon halster
Als je eenmaal zo ver bent dat je jouw paard voor het eerst vast gaat zetten, gebruik dan een gewoon halster. Het mag zacht onderlegd zijn, maar dat hoeft niet. Dat hangt voornamelijk af van de gevoeligheid van de huid van jouw paard. Er zijn ook veiligheidshalsters in de handel met klittenband. Gaat het paard hangen aan het halster, dan gaat het klittenband los. Zo zal je paard bij hangen nooit fysiek schade oplopen. Zo'n halster is ook handig als je paard zich moeilijk laat vangen in het land of als je hem met halster aan op de wei wilt zetten.
Halstertouwen
Als je halstertouwen uit gaat kiezen, neem dan niet rekbare, stevige touwen. Goedkope touwen zijn vaak behoorlijk rekbaar. Als het touw rekt, kun jij niet duidelijk communiceren met je paard. Dat werkt trekken aan de lijn in de hand. Check ook of de musketonhaak stevig is. Als het een lichtgewicht haakje is, breekt het sneller. Neem liever een massief metalen haak.
Je kunt ook kiezen voor een paniekhaak. Gaat je paard hangen bij het vaststaan, dan kun je hem snel los klikken. Een goede veiligheidsknoop werkt hierbij ook goed. Hierbij knoop je het touw niet vast, maar leg je er een lus in. Door die lus maak je nog een lus en het uiteinde laat je hangen los. In noodgevallen trek je stevig aan het uiteinde en is je paard, soms met enige kracht, zo los. Ook zijn er speciale halstertouwen in de handel met een klittenband systeem. Deze gaan vanzelf los als je paard gaat hangen.
Leadrope
Een leadrope is erg handig om te gebruiken bij het beleren van een paard. Dit is een langer steviger touw dan een halstertouw. Ze zijn te verkrijgen in 3,8 meter, 4,5 meter, 6,5 meter en 8 meter. Bij sommige webwinkels kun je zelf opgeven welke lengte je wilt. Voor grondwerk is 4,5 meter een prettige lengte. Voor longeeroefeningen is 6,5 of 8 meter fijner.
Leadropes zijn multifunctioneel. Ga je wandelen en wil je paard onverhoopt weg rennen, dan heb je extra lengte om je paard vast te houden. Aan het uiteinde zit een leertje of dun touwtje, waar je mee kunt draaien. Zo kun je jouw paard tegenhouden, sturen of juist sneller laten lopen. Hierdoor kun je een leadrope ook gebruiken voor longeren of grondwerk en is een zweep niet persé nodig. Heb je een kortere leadrope, dan kun je je paard daar ook mee vast zetten. Het touw van een leadrope wordt ook in de zeilsport gebruikt. Het kan tegen water en modder en blijft altijd soepel. Het is wel wat zwaarder dan een gewone longeerlijn. Dit maakt het mogelijk nauwkeuriger met je paard te communiceren. Het raakt ook minder snel in de knoop.
Longeerlijn
Let bij aankoop van een longeerlijn op dat hij niet te rekbaar is en dat de musketonhaak stevig is. Longeerlijnen zijn goedkoop in goede kwaliteit te verkrijgen. Sommige lijnen zijn van wat harder materiaal wat erg kan branden als het door je handen glijdt. Aangezien dat makkelijk eens kan gebeuren bij een jong paard, is zachter materiaal, zoals katoen, prettiger en veiliger.
Hoofdstel en bit
Een hoofdstel mag het paard nergens hinderen of schuren. Een gebruikt hoofdstel is om die reden prettig omdat het al soepel en zacht is. Mocht er iets stuk gaan, dan is dat bij een gebruikt hoofdstel meestal ook minder erg. Let wel op of alle stiksels nog in orde zijn en het leer nog stevig is. Koop je een nieuw hoofdstel, vet het dan van tevoren in om het soepeler te maken.
Je kunt er voor kiezen om gebruik te maken van een bit of om bitloos te gaan rijden. Een paard bitloos inrijden kan prima. Een jong paard is vaak nog gevoelig in de mond in verband met wisselen van tanden en kiezen. Een bit in de mond is daarom nog niet prettig voor het paard. Met een bitloos hoofdstel ontzie je de mond van het paard en weet je zeker dat het geen negatieve ervaringen opdoet. Zeker als je een paard voor het eerst beleert, verdient dit wel aanbeveling. Wat voor jonge paarden vaak prettig werkt, is het sidepull systeem. Hierbij zit de bevestiging voor de teugels aan de zijkant van het hoofdstel. Dit is een directe manier om je teugelhulpen te geven, wat vaak erg duidelijk is voor een groen paard.
Wil je later met bit gaan rijden, dan kun je het bit bij het bitloze hoofdstel doen zonder het te gebruiken. Zo raakt het paard al aan het bit gewend zonder er hinder van te ondervinden. Je leert het paard met het bitloze hoofdstel de hulpen aan. Kent het paard dat eenmaal, dan kun je langzaamaan het bit meer gaan gebruiken.
Wil je je paard met
bit inrijden, bekijk dan eerst eens hoeveel ruimte het paard in de mond heeft voor een bit. Sommige paarden hebben een erg dikke tong. Anderen hebben een klein mondje. Voor zulke paarden is een te dik bit hinderlijk. Zoek een bit dat goed past en zacht in de mond is. Voorbeelden zijn een leren bit of een flexibel, kunststof bit. Een dubbelgebroken bit is ook zacht. Een bit met D-ringen of een kneveltrens werken bij jonge paarden vaak fijn, omdat deze stabiel liggen.
Zadel
Een jong paard gaat zich enorm ontwikkelen vanaf het moment dat hij beleerd wordt. Hij gaat spieren ontwikkelen en de rug is daardoor erg veranderlijk. De verleiding is daarom voor veel mensen groot om een goedkoop zadeltje te nemen voor het beleren. Het risico op beschadigingen van het zadel is natuurlijk groter dan bij een al beleerd paard. Om deze reden is een duur zadel niet het eerste waar je aan denkt.
Een goedkoop zadel kan prima, mits het goed past. Rij je een paard in met een slecht passend zadel, dan is zijn eerste associatie met een zadel negatief. Daar kun je heel lang last van blijven houden in de training. Wat voor
zadel je er ook op legt, zorg dus dat het echt goed past!
Heb je een zadel dat goed past, maar nog één of hooguit twee maten te breed is, dan kun je deze gebruiken met een geschikte
pad eronder. Dit kan een prolite pad zijn. Deze zijn zeer goed drukverdelend en schokabsorberend. Ze vervormen niet en er komen geen bobbels in. Er zijn diverse modellen te koop. De prolite tri-pad heeft bijvoorbeeld vakken bovenop waar losse inlagen in twee diktes in kunnen. Zo kun je het zadel zo goed mogelijk passend maken. Een schapenbontje kan ook geschikt zijn. Deze kun je niet verder opvullen. Op deze wijze kun je een zadel wat net niet past, tijdelijk passend maken. Wellicht groeit je paard na een periode van training dusdanig dat het zadel zonder pad past. Heb je de mogelijkheid een zadel te kopen dat aangepast kan worden, dan is dat uiteraard erg handig in verband met de veranderingen die zeker nog gaan komen.
Blijf gedurende de training regelmatig het zadel checken op juiste ligging. Het paard kan snel veranderen in zijn bespiering. Een drukplek is zo ontstaan en dat willen we natuurlijk voorkomen. Kijk je eens in de week of om de week of alles goed ligt, dan voorkom je dit. Verder is het belangrijk dat je zelf ook goed uit de voeten kan met het zadel om eventuele bokkensprongen goed op te kunnen vangen. Zorg dat je een zadel hebt, waar je zelf goed in balans op kan zitten.
Ga je voor het eerst op je paard zitten, dan kun je aan de D–ringen voor aan het zadel voor de veiligheid een halstertouw of halsring vastmaken om te voorkomen dat het zadel naar achteren schuift. Doe dit zeker als je een paard hebt waarbij het zadel wat sneller naar achteren glijdt door zijn bouw. Blijkt na verloop van tijd dat je zadel keurig ligt en heeft je paard bewezen braaf te zijn met zadel, dan kan het touw eraf.
Bodyprotector
Er zijn een aantal dingen die de veiligheid voor jou als ruiter vergroten. Het verdient zeker aanbeveling deze te gebruiken. Een cap doen je natuurlijk zeker op, maar een bodyprotector is ook aan te raden. In principe train je een paard zo dat het eerste opstappen geen problemen meer op levert, maar je weet het nooit helemaal zeker. Een pas beleerd paard kan best eens rare bokkensprongen maken onder het zadel. Mocht je daardoor vallen, dan ben je goed beschermd met een bodyprotector. Veiligheid gaat voor alles! Een bodyprotector is daarom aan te raden de eerste paar keer dat je op je paard stapt. Zorg ook dat je cap helemaal in orde is en geen schade heeft.
Handschoenen
Voor grondwerk en longeren verdient het aanbeveling om rijhandschoenen te dragen. Als het paard onverhoopt je leadrope of longeerlijn door je handen trekt, kun je lelijke blaren en zelfs brandwonden oplopen. Eenvoudig een paar handschoenen aandoen voorkomt dit. Zorg dat ze stevig genoeg zijn, maar ook soepel. Met stugge handschoenen voel je de lijn in je hand niet goed. Zo kun je signalen missen die je paard geeft. Het is ook lastig om zelf goede signalen te geven met je hand, als je niet voelt wat er gebeurt. Neem daarom niet te dikke, soepele handschoenen.
Opstapkruk
Het is handig om je paard te leren een opstapkruk naast zich te accepteren. Dit is makkelijk als je voor het eerst gaat leunen en hangen op de rug van het paard. Later als je paard eenmaal bereden wordt, heb je er ook veel lol van. Opstappen vanaf een kruk is namelijk veel beter voor de paardenrug!
Zorg dat je een stevige en stabiele kruk of blok gebruikt. Het moet voor het paard niet mogelijk zijn om ergens een been tussen te krijgen. Let hier goed op, want dat kan vervelende ongelukken veroorzaken. Zeker de eerste keer dat je gaat hangen, kan het paard zomaar een stap opzij doen. Het paard moet daarom volledig vertrouwd zijn met de kruk en de kruk moet veilig zijn.
Zorg voordat je jouw paard gaat beleren dat je spullen goed in orde zijn. Dat voorkomt onnodige ongelukken en stress voor je paard en het is bovendien veiliger voor zowel jou als je paard.
Lees verder