Beginnen met (sport)vissen
Vissen, voor veel mensen een zielige sport. Het kan voor veel mensen ook ontspannend zijn, vooral het winnaars gevoel als je een relatief grote vis hebt gevangen. Maar hoe pak je het nou aan?
Geduld en concentratie, dat zijn toch wel de twee meest belangrijke persoonlijkheden die een goede visser moet hebben. De enige keer vang je niets en de andere keer weer heel veel. Daarvoor kunnen sommige mensen weinig geduld voor opbrengen. Toch kan vissen heel leuk zijn zonder iets te vangen. Het is allemaal erg ontspannend, mits je een goede voorbereiding treft.
Vergunning
Als je 14 jaar of ouder bent, moet je een eigen visvergunning hebben. Hierover meer op
Sportvisserijnederland.
Kosten
In het begin moet je veel dingen aanschaffen, dat kan erg in de kosten oplopen. Vooral de hengel is een dure investering. Zoals wel meer sporten geld, hoe duurder de hengel hoe beter hij over het algemeen is. Toch kan je met een goedkope al een aardige vis vangen.
Aanschaf van de hengel
Je hebt twee soorten hengels:
- Vaste stok, deze gaat voor de kleinere vissen, deze hebben dan ook weer relatief een grotere vangkans. Een goedkope hengel.
- Werphengel, een hengel met een molentje eraan. deze is voor gevorderden. Je kan hier bijvoorbeeld karpers of snoeken mee vangen. Deze grote vissen hebben echter weer een relatief mindere vangkans. De werphengel is over het algemeen duurder dan een vaste stok.
Je ziet dus wel dat je een goede beslissing moet maken tussen deze 2 hengels. Voor een beginneling is een vaste stok eigenlijk wel een aanrader. Weet je dan echt zeker dat je sportvissen leuk vindt. Dan kan je altijd nog aan een werphengel gaan denken.
Aas
Dit gaat echt puur om de soort vis die je wilt vangen.Je hebt 2 soorten, levend aas en kunstaas. Hieronder een overzicht van de drie bekendste vissen voor de vaste stok:
- Voorn: Dit gaat goed met brood of maden. Ook op pieren (regenwormen) bijten ze soms.
- (stekel)baarsjes Deze bijten vooral goed op regenwormen. Ze bijten ook regelmatig op brood of maden.
- Brasem Vooral: Brood, deeg, aardappel, maden, wormen en muggenlarven.
Vis gereedschap
Voor onder het vissen is het handig om wat gereedschap mee te nemen. Een tang om lastige haakjes uit de bek van de vis te halen is hier een goed voorbeeld van. Wat extra haakjes en draad kan ook erg handig wezen, voor het geval iets kapot gaat.
Hengel optuigen
Voor de vaste stok moet het draad, dat je vast maakt aan het einde van de stok, even lang zijn als de stok zelf.
- De hoogte van de dobber ligt aan de diepte van het water waar je gaat vissen. Als de dobber op het water ligt, dan staat hij te diep en moet hij wat dichter naar de haak toe worden geschoven. Zit de dobber te ver naar het haakje toe, dan heb je weinig kans een vis te vangen.
- Lood moet iets boven het haakje zitten, de hoeveelheid van het lood ligt aan de dobber. Als de dobber ondergaat, of ligt wanneer het haakje niet de grond raakt. Dan heb je respectievelijk te weinig of te veel lood aan het draad zitten.
- Het haakje maak je aan het einde van het draad stevig vast. Een dubbele knoop is wel het minimum. Kijk wel goed op het verpakking van de haakjes voor wat voor vissen deze geschikt zijn. Te kleine vissen kunnen niet in een te haak bijten. Let dus goed op.
De praktijk
Wanneer je bovenstaande allemaal goed hebt uitgevoerd, kan je eindelijk beginnen met vissen. Je moet alleen nog het aas aan de haak doen en je kan meteen beginnen met vissen. gooi je lijn uit in het water en je kan gaan wachten op de eerste vissen. Gaat de dobber steeds met zachte tikjes onder water, haal dan nog niet op. Pas als de dobber echt lang onder water blijft, sla je aan. Let wel op of het water waar je vist, het vissen is toegestaan. Particulier water is vaak verboden om te vissen.
Ik wens je veel succes!