Natuurlijk paardrijden: bitloos en de inwerking van het bit
Het bit is een volkomen geaccepteerd hulpmiddel in de paardensport. Er zijn tientallen soorten bitten op de markt, voor ieder wat wils. Helaas is het zo dat aan het bit vervelende nadelen kleven, zeker als deze niet goed gebruikt wordt. Bitloos rijden biedt vaak een paardvriendelijke oplossing. In dit artikel bespreken we de voor- en nadelen van zowel bitloos als met bit rijden.
Met bit of bitloos?
In de reguliere paardensport is het rijden met bit meer dan normaal. Toch zie je steeds vaker mensen rijden – ook in de wedstrijdsport – zonder bit. De vooroordelen die veel mensen hebben over bitloos rijden, zoals dat het alleen geschikt is voor supermakke paarden, niet geschikt is voor iets anders dan recreatief rijden et cetera, en daarbij alle ‘zweverige’ associaties verdwijnen gelukkig steeds meer.
Ook naar de inwerking van het bit wordt tegenwoordig kritischer gekeken, vaak met de conclusie dat bitloos rijden paardvriendelijker is dan met bit. Laten we eens kijken hoe een bit en een
bitloze optoming precies inwerken, en welke gevolgen dat heeft bij het paard, in fysieke en mentale zin.
Waarom gebruikt men mechanische hulpmiddelen?
Om ons paard tijdens het rijden te laten doen wat wij willen, hebben we een goede vorm van communicatie nodig. Daarvoor kunnen we ons lichaam gebruiken; onze zit, stemhulpen, benen, gewicht. Naast het gebruik van het lichaam zijn er ook een heleboel mechanische hulpmiddelen te krijgen voor het rijden van je paard; het bit, sporen, allerhande hulpteugels… Deze zijn er voor het gemak van de ruiter, maar het gemak van het paard loopt bij het gebruik gevaar.
Door diverse voorbeelden in de paardenwereld van mensen die hun paard kunnen rijden – soms zelfs op hoog dressuurniveau – zonder dat daar maar één hulpmiddel aan te pas komt, weten we dat het heel goed mogelijk is om geen bit, sporen of zweep te gebruiken. Alleen je lichaam, (heel belangrijk!) een goede vertrouwensband met je paard en verstand van de werking van jouw lichaam op het lichaam van je paard zijn genoeg om gehele controle te hebben.
Waarom rijdt de meerderheid van de ruiters dan nog met bit als dat eigenlijk niet nodig is? Dit komt vooral door het maar al te bekende ‘wat de boer niet kent, dat vreet ‘ie niet’…
Ook zijn er erg veel mensen die denken dat zonder bit rijden ook meteen betekent dat er een stuk controle verloren gaat. Verlies van controle is de nachtmerrie van de meeste ruiters, en daarom houden ze voor de zekerheid het bit maar in. Daarbij is het zo dat het pas sinds een korte tijd is toegestaan dressuurwedstrijden bitloos te rijden, en ook alleen maar bij speciaal georganiseerde wedstrijden.
Ook is er veel onwetendheid over de inwerking van het bit, of wordt daar gewoonweg geen aandacht aan besteed.
De paardenwereld is er duidelijk nog niet aan het idee ‘bitloos’ gewend, en zo komt het dat de meeste mensen niet eens deze optie overwegen, terwijl een paard prima gecontroleerd gereden kan worden zonder bit én dit ook nog een stuk diervriendelijker is.
Inwerking van het bit: fysiek
Het bit kan een zeer negatieve invloed hebben op het lichaam, en vooral op de mond van het paard.
Een bit werkt in op de lagen, het tandloze gedeelte van de mond. Dit is bot, waar enkel een dun laagje tandvlees op ligt. Het bit ligt dus praktisch meteen op het bot, zonder kussentje. Volgens het onderzoek van Dr. Cook (een Amerikaanse wetenschapper die onderzoek deed naar de invloed van het bit) heeft het paard daardoor altijd
pijn, hoe zacht je ook in je handen bent.
Dr. Cook onderzocht vele paardenschedels, en kwam erachter dat bij 74% een ernstige botvergroeiing te zien was op de plek waar het bit had gelegen.
Veel paarden worden gereden op een enkelgebroken bit, een bit met een scharnierwerking in het midden. Doordat veel mensen hun handen te breed en te laag houden, gaat dit bit een punt vormen, dat vervolgens in het verhemelte van het paard prikt. Hierdoor wordt niet alleen pijn op de lagen, maar dus ook pijn verder in de mond veroorzaakt.
Ook ontstaat door het bit neurologische verwarring bij het paard, omdat de ‘eetstand’ en de ‘ademstand’ door elkaar worden gehaald. Om tijdens beweging goed te kunnen ademen, moet de mond van het paard dicht zijn, de tong stil liggen en de kaken onbeweeglijk. Een bit houdt de mond enigszins open, waardoor er kauwreflexen worden gestimuleerd. Het slikken én het ademhalen gaan dus beiden niet meer goed. Gevolgen hiervan zijn vermoeidheid en geluid maken bij het ademhalen, maar ook slijmen en schuimen. Het witte schuim op de mond van het paard is dus geen teken van nageeflijkheid, maar een teken dat het paard niet kan slikken.
Pijn en verstoringen door het bit kunnen zich op de volgende manieren uiten:
- Hoofdschudden
- Mond open houden
- Tong over het bit leggen
- Proesten, briesen en snurken
- Schuimen en kwijlen
- Op het bit leunen
- Zwiepen met de staart
- Tandenknarsen
- Bokken en ander groot verzet
- Algemene overgevoeligheid en schuwheid rond mond, gezicht en oren
Al de bovengenoemde symptomen worden veroorzaakt door gezichtszenuwpijn.
Helaas worden deze problemen in de praktijk niet opgelost, maar wordt er aan
symptoombestrijding gedaan. Doet het paard zijn mond open, dan snoeren we er een sperriem omheen. Schud het paard zijn hoofd, dan krijgt hij straf. Dit kan op het moment zelf helpen, maar lost geen problemen op en verergert ze juist.
Inwerking van het bit: mentaal
De controle behouden is zoals hierboven gezegd de voornaamste reden om een paard een bit in te doen. Het bit wordt dus gebruikt als
dwangmiddel. Paarden zijn echter dieren die zich niet snel overgeven aan dwang, maar willen hier juist tegenin gaan. Dit zien we vaak genoeg, wanneer een paard zich verzet, gaat staken, de mond opengooit, het hoofd omhoog gooit. Dit is vaak een gevolg van te veel dwang, en wordt vaak opgevolgd met straf. Er wordt dus compleet tegen de natuur van het paard ingewerkt, waardoor het vertrouwen in de ruiter en in de mens bij het paard snel zal dalen. Het bit is dus wel effectief om het paard ‘eronder te krijgen’ door middel van pijn, angst en dwang, maar het vertrouwen en respect van paard naar ruiter zal er niet beter op worden. En respect en vertrouwen is toch juist wat je als ruiter wilt?
Daarbij levert het bit paarden ook mentale stress op, en tegenzin in het werk, doordat ze natuurlijk liever de pijn vermijden. Op de lange termijn kan pijn door het bit grote
gedragsproblemen veroorzaken.
Inwerking bitloos
Een
bitloze optoming werkt vooral in op de neus. De neus bevat geen zenuweinden, en bestaat uit vacht, huid en daaronder bot. Een bitloos hoofdstel werkt dus minder scherp in en geeft veel minder kans op pijn. Er zijn erg veel verschillende soorten bitloze hoofdstellen op de markt. Over het algemeen worden de gekruiste systemen (kingekruist of kaakgekruist) gezien als het meest vriendelijk. De druk wordt verdeeld over het hele hoofd of rondom de hele neus. Andere systemen zoals de sidepull zijn ook vriendelijker dan het bit, maar hiermee moet opgepast worden voor te veel druk op bepaalde punten van de neus. Uiteindelijk staat bitloos ook voor zo min mogelijk druk op het hoofd, er moet vooral gereden worden met het lichaam.
Als er gereden wordt met de zit en de benen, is een bit in de mond van het paard gewoon niet nodig en al die pijn en stress dus ook niet. Zo houd je al ruiter de controle, maar op een paardvriendelijk manier, zodat de harmonie en het vertrouwen tussen jou en je paard volledig is!