Ajax 1993 & 1994: Amsterdammers winnen tweemaal de Supercup

Ajax speelde als winnaar van de KNVB-beker in 1993 voor het eerst om de Nederlandse Supercup tegen kampioen Feyenoord. De Amsterdammers heersten in de Rotterdamse Kuip en wonnen verdiend met 0-4 door o.a. twee doelpunten van Jari Litmanen. Een jaar later stonden beide kemphanen weer tegenover elkaar in de finale van de Supercup, ditmaal in het Olympisch Stadion in Amsterdam. Ajax was kampioen geworden en Feyenoord had de KNVB-beker gewonnen. De roodwitten uit de hoofdstad wonnen met 3-0 en hadden hun tweede Nederlandse Supercup veroverd.

1993

Ajax stond op 8 augustus 1993 voor het eerst in de finale van de Supercup/PTT Telecom Cup omdat het de KNVB-beker had gewonnen. Tegenstander was landskampioen Feyenoord dat al voor de derde achtereenvolgende maal in de finale stond.
Door een verkeerd verkoopbeleid waren er slechts 29.000 toeschouwers aanwezig in De Kuip in Rotterdam. Beide ploegen traden niet op volle oorlogssterkte aan. Bij Ajax ontbraken o.a. Finidi George, die nog geen werkvergunning had gekregen en de geblesseerde spelers Stefan Pettersson, Peter van Vossen, Edgar Davids en Dan Petersen. Zodoende moest de van AC Milan teruggekeerde Frank Rijkaard ondanks een trainingsachterstand toch beginnen in de basisopstelling en stond het zeventien-jarige talent Clarence Seedorf verrassend in de spits.

Feyenoord wil revanche op Ajax

De verwachting vooraf was dat de ploeg van Feyenoord-trainer Willem van Hanegem zich in eigen huis op zijn minst wilde revancheren voor de toch wel pijnlijke nederlagen in het vorige seizoen tegen Ajax. De Rotterdammers waren dan weliswaar landskampioen geworden en hadden in de competitie slechts driemaal verloren, maar het was uitgerekend aartsrivaal Ajax dat tweemaal won met 5-2 en 0-3. Daarnaast vernederde de ploeg van trainer Louis van Gaal Feyenoord in de halve finale van de KNVB-beker in eigen huis met liefst 0-5!

Ajax verzuimde om monsterscore neer te zetten

De messen bij Feyenoord zouden dus geslepen moeten zijn, maar daar was op het veld niets van terug te zien. Ajax controleerde vanaf het begin de wedstrijd en na het eerste doelpunt van Jari Litmanen in de 18e minuut door een kopbal beseften de meeste Feyenoord-spelers al dat er voor hen geen revanche meer aan zat te komen. De Amsterdammers heersten en konden voor rust de wedstrijd al beslissen maar faalden in de afwerking. Dat deed Frank de Boer twee minuten na rust niet en schoot de laatste, stiekeme, hoop op meer voor Feyenoord aan flarden. Binnen een kwartier maakten Marc Overmars en wederom Jari Litmanen er 0-4 van en dat was het sein voor duizenden Feyenoord-fans om het stadion te verlaten. Met nog een klein half uur te spelen had Ajax de mogelijkheid om tot een monsterscore te komen maar zover kwam het niet, ondanks de vele kansen.

De jarige trainer Louis van Gaal, die 42 was geworden, had zijn eerste prijs van het seizoen binnen. In de 85e minuut had de negentienjarige Donny Huysen, als invaller voor Marc Overmars, zijn officiële debuut gemaakt voor Ajax. Achteraf gezien waren het zijn enige officiële minuten die hij ooit in het eerste elftal van Ajax zou maken. De Amsterdammers hadden voor het eerst de Supercup/ PTT Telecom Cup gewonnen en toonden deze met plezier aan de ongeveer vierduizend meegereisde Ajax-supporters.

1994

PTT Telecom had zich teruggetrokken als sponsor en zodoende was de PTT Telecom Cup weer gewoon de Supercup geworden. En net als in de vorige editie was het wederom een finale tussen Ajax en Feyenoord. Alleen waren de rollen nu omgekeerd, Ajax was landskampioen geworden en Feyenoord had de KNVB-beker gewonnen. Ook werd de finale niet in De Kuip gespeeld maar in het Olympisch Stadion in Amsterdam. En net als vorig seizoen viel de publieke belangstelling weer tegen, slechts een kleine 25.000 toeschouwers waren aanwezig op 21 augustus 1994.

Feyenoord geen partij voor Ajax

Ajax startte verrassend met de net achttien jaar geworden Patrick Kluivert in de spits waardoor Ronald de Boer naar de rechtshalfpositie verhuisde. Ronald de Boer scoorde te weinig was het commentaar van Ajax-trainer Louis van Gaal. En waar Ajax een jaar geleden na de 0-4 voorsprong nog een half uur over had om er een monsterscore van te maken, hadden de Amsterdammers nu nog 65 minuten over. Want na 25 minuten spelen stond Ajax al met 3-0 voor! Een vrij schop van Jari Litmanen in de dertiende minuut, welke werd betwist door Feyenoord, leverde een 1-0 voorsprong op voor de Ajacieden. In de 21e minuut kwam Patrick Kluivert alleen voor Feyenoord-doelman Ed de Goeij te staan en gaf een tikje naar de geheel vrijstaande Tarik Oulida, die beheerst de 2-0 binnenschoot. Ook dit doelpunt werd door Feyenoord-coach Willem van Hanegem betwist om zijn geldigheid (‘drie meter buitenspel’). Nauwelijks vier minuten later was het debutant Patrick Kluivert die de 3-0 op het scorebord bracht met een sliding. De wedstrijd was beslist en dat was te merken aan het spelbeeld in de resterende tijd die nog te spelen was. Ajax wilde niet meer, Feyenoord kon niet meer en dus ging de wedstrijd uit als een nachtkaars.

Feyenoord-coach Willem van Hanegem werd door zijn spelers op zijn wenken bediend (‘Ik wil die lelijke beker toch al niet winnen’). Ajax daarentegen won voor de tweede maal deze ‘lelijke beker’ in haar bestaan.