Ajax 1995 & 1996: Supercup wordt Johan Cruijff Schaal

Landskampioen Ajax stond in 1995 wederom tegenover bekerwinnaar Feyenoord in de finale van de Nederlandse Supercup. Ditmaal liepen de Amsterdammers maar niet zo over hun aartsrivaal heen en moest de wedstrijd worden beslist door een 'sudden-death’-doelpunt van Patrick Kluivert. Een jaar later werd de naam van de Supercup veranderd in de Johan Cruijff Schaal. In de nieuwe Amsterdam ArenA versloeg bekerwinnaar PSV landskampioen Ajax overtuigend met 3-0.

1995

Voor de derde achtereenvolgende maal stond er een Klassieker op het programma voor de Supercup-finale. Ajax had de vorige twee edities gewonnen van de Rotterdammers die in het afgelopen seizoen de enige ploeg waren geweest die Ajax had verslagen. Niet na negentig minuten, maar na een sudden death-doelpunt van Mike Obiku in de kwartfinale van de KNVB-beker, die Feyenoord tenslotte ook zou winnen van FC Volendam met 2-1. De Amsterdammers hadden een geweldig seizoen achter de rug: ongeslagen kampioen, ongeslagen Champions League-winnaar en de Nederlands Supercup gewonnen. Een danig versterkt Feyenoord, met o.a. aanwinst Ronald Koeman, wilde volgens trainer Willem van Hanegem dit keer wel voor de winst gaan om de Supercup te winnen.

Spektakelstuk eindigt onbeslist

Dit was duidelijk te zien op woensdag 16 augustus 1995 in een wederom halfvolle Kuip in Rotterdam met 25.000 toeschouwers. In tegenstelling tot de vele onderlinge confrontaties in de afgelopen jaren was Feyenoord nu wel een gelijkwaardige tegenstander voor de Amsterdammers. Een scherp spelend Feyenoord bestreed Ajax met de juiste middelen en dat leverde boeiende duels op. Na de eerste 45 minuten stond er een dubbelblanke score op het bord. Ajax leek in de zeventigste minuut de wedstrijd te gaan beslissen toen Ronald de Boer de 1-0 binnenschoot. Maar nauwelijks drie minuten later was het de Zweed Henrik Larsson die met een kopstoot Ajax-doelman Edwin van der Sar kansloos liet (1-1). Na negentig minuten spektakel, met o.a. zeven gele kaarten, floot scheidsrechter Mario van der Ende voor het eindsignaal.

Ajax neemt revanche met ‘sudden death’-doelpunt

En net als in de KNVB-beker gold ook voor deze finale het ‘sudden death’-principe: wie in de verlenging als eerste scoorde was meteen de winnaar, anders volgden er strafschoppen. Na tien minuten spelen was het Peter Bosz die Martijn Reuser in het strafschopgebied tackelde en onder Feyenoord-protesten wees de arbiter naar de stip. Patrick Kluivert werd de matchwinnaar door de toegewezen strafschop feilloos te benutten (2-1). Ajax had op dezelfde manier revanche genomen voor het sudden-death doelpunt van Mike Obiku in het vorige bekerseizoen. Voor de Amsterdammers was het de derde Supercup-winst in de historie.

1996

Voor het eerst moest Ajax het in de Nederlandse Supercup-finale opnemen tegen PSV, dat tweemaal eerder in de eindstrijd had gestaan. Vanaf dit seizoen werd de Supercup omgedoopt tot de Johan Cruijff Schaal en werd de finale vanaf heden in de nieuwe Amsterdam ArenA gespeeld. Vier dagen na de opening van het stadion, waar Ajax in een oefenwedstrijd met 0-3 verloor van AC Milan, stond de eerste officiële wedstrijd op het programma tussen landskampioen Ajax en bekerwinnaar PSV. De Amsterdammers waren wederom succesvol geweest in het afgelopen seizoen door de Nederlandse Supercup, Europese Supercup, wereldbeker en landstitel te veroveren en hadden de finale van de Champions League gehaald.

Onrust bij Ajax

Maar de voorbereiding en verhuizing van oude stadion De Meer naar de nieuwe Amsterdam ArenA zorgde voor onwennigheid en verontruste blikken binnen Ajax. Na de gebruikelijk oefenserie tegen de amateurclubs volgde bijna louter nederlagen tegen Hamburger SV (2-1), Chelsea (2-0), Juventus (6-0), Deportivo La Corunã (2-0) en AC Milan (3-0). Alleen tegen Manchester United was met 2-1 gewonnen. Ajax-coach Louis van Gaal werd ook nog eens geplaagd door een ware blessuregolf want o.a. Marc Overmars, Winston Bogarde, Patrick Kluivert, Dani en Márcio Santos waren niet inzetbaar op 18 augustus 1996 in de finale tegen PSV, dat daarentegen geen personele problemen kende.

PSV wint eerste Johan Cruijff Schaal

Toch stond er na 45 minuten spelen een 0-0 ruststand op het scorebord voor ongeveer 31.000 toeschouwers. Maar na nauwelijks drie minuten spelen in de tweede helft was het René Eijkelkamp die met een prachtige volley PSV op een 0-1 voorsprong zette. Ajax kon deze domper niet verwerken en de Eindhovenaren zette de wedstrijd geheel naar hun hand. Het was de nieuwe Belgische aanwinst Marc Degryse die PSV verdiend met twee doelpunten naar een 0-3 overwinning schoot. Ajax verloor in haar vierde finale om de Supercup (Johan Cruijff Schaal) voor het eerst en was duidelijk nog niet gewend aan haar nieuwe omgeving, de Amsterdam ArenA.