Halve marathon van Egmond geen hardloopwedstrijd voor watjes

Een wedstrijd hardlopen is een eigenaardige liefhebberij. Vooraf verlang je er naar. Maar door het zware afzien hoop je dat de krachtmeting snel voorbij is, zodra het startschot heeft geklonken. Dat geldt ook voor de "Halve van Egmond" een hardloopwedstrijd die elke rechtgeaarde serieuze hardloopster en hardloper minstens éénmaal in z'n carrière moet hebben gelopen. Een extra "attractie" vormen de eerste kilometers over het strand, waar vaak tegenwind is, en waar je bij hoog water ook nog in mul zand moet ploeteren.

Halve marathon van Egmond

Op hardloopgebied is de “Egmond Halve Marathon”, die altijd begin januari wordt gehouden, een belangrijke topper voor zowel KNAU-wedstrijdloper als recreant. Wat betreft faam is deze loop o.a. te vergelijken met de Dam tot Damloop, de Zevenheuvelenloop in Nijmegen en Marathon van Amsterdam. Maar “de halve van Egmond” is toch de onbetwiste topper vanwege het zware parcours, in combinatie met de strijd tegen de elementen. Deze wedstrijd waar ook veel buitenlanders aan deelnemen, waaronder internationale toppers, kent een route over strand richting Castricum, vervolgens door de duinen via camping Bakkum, met als finish weer Egmond aan Zee.

Inschrijven

Dient altijd ruim van te voren via internet plaats te vinden daar bij deze hardloopwedstrijd een maximum aantal deelnemers van circa 17.500 wordt toegelaten. Wedstrijd startnummer en registratiechip worden per post toegezonden, nadat het inschrijfgeld is voldaan.

Voorbereiding

De mate van voorbereiding en training hangt ervan af of je een persoonlijke toptijd wilt neerzetten, of dat je uitsluitend die 21.1 km op een fatsoenlijke manier wil uitlopen. Er van uitgaande dat je een regelmatige hardloper bent die een nette eindtijd wil behalen in zijn/haar leeftijdscategorie, dien je het laatste halfjaar toch wel zo’n twee keer per week (totaal 20 km per week) te hebben hardgelopen. Maar beter is het om "om de dag" te lopen waardoor je op 30km per week uitkomt. En af en toe een wedstrijd lopen is in feite een extra krachttraining, die je helpt hogerop te komen. Het mooiste is om in december nog een langere wedstrijd (liefst 21,1 km) te hebben gelopen. De laatste dagen voor de wedstrijd gas terugnemen waarbij je de vrijdag en zaterdag, vlak voor de grote dag, in het geheel niet meer moet hardlopen.

Ben je een echte topper, dan gelden er andere individuele eisen die je in overleg met je eigen atletiekvereniging moet afstemmen.

De dag zelf

Vanaf circa 12.00 uur vindt de start plaats. Zorg dat je ruimschoots (minstens een uur) van te voren op de boulevard bent, en realiseer je dat je alleen heel vroeg nog het dorp met de auto kunt inkomen. Maar dergelijke details worden je bijtijds door de organisatie toegestuurd per post of zijn via de website te vernemen. Stel je vooraf op de hoogte hoe de waterstand is (eb, vloed) zodat je mentaal bent voorbereid op eventueel mul strandzand. En dat geldt natuurlijk ook voor de klimatologische omstandigheden.

Persoonlijke verzorging

• Laatste kleine lichte maaltijd uiterlijk 2,5 uur voor de start.
• Als het nog niet is gebeurd, en het lukt, eerst nog uitgebreid naar het toilet.
• Neem wel nog een kleine versnapering (banaan, Ligakoek) mee, want trek krijgen is niet goed.
• Zorg ook voor voldoende inname van vocht, maar overdrijf niet.
• Stem je hardloopkleding af op temperatuur, wind en regen, sneeuw.

In het startvak

Nadat je bent ingelopen en nog een laatste plas hebt gedaan, kun je met een klein flesje vocht/sportdrank in het startvak gaan plaats nemen. Als je 5 minuten voor de start nog een paar slokken neemt, kun je wellicht de eerste drankpost overslaan en dat scheelt tijd. Doe als het regent of koud is een plastic regencape om, die je op het laatste moment uit doet.

Na het startschot

• Eerst een stukje over de boulevard.
• Dan in zuidelijke richting over het strand naar Castricum. Verspeel niet al je krachten op het strand als er een stevige tegenwind staat, maar hou je verstand erbij en probeer aansluiting bij een groepje te vinden.
• Vervolgens ruim 10 km noordwaards door de duinen, soms op zachte paden, maar meestal op verharde fietspaden.
• Tenslotte weer de laatste kilometers in Egmond aan Zee, waarbij je langzaam je tempo probeert op te voeren, met als climax een eindsprint op de boulevard.

Na het euforische gevoel, of de teleurstelling vanwege de mindere tijd, een tijdje in beweging blijven om stijve spieren te voorkomen. En dan s‘ avonds thuis de uitslagen op Internet bekijken. En goed beseffen dat je tot de uitverkoren minderheid behoort die in staat is een dergelijke fysieke prestatie te volbrengen.