De regels van honkbal: van slaan tot spelen in het veld

Honkbal is een sport die iedereen wel kent, maar die toch niet zoveel wordt beoefend in Nederland. Tijdens de gymlessen op school wordt vaak softbal gespeeld. Hoewel dit veel gelijkenissen heeft met honkbal zijn er toch enkele verschillen. Ondanks dat de sport niet heel veel wordt gespeeld in Nederland is Nederland er als land wel heel goed in. In 2011 werd Nederland zelfs wereldkampioen. Toch is de hoofdklasse in Nederland niks in vergelijking met de MLB, de Major League Baseball, in de Verenigde Staten.

Het doel van het spel

In een honkbalwedstrijd worden negen innings gespeeld. Een inning bestaat uit twee delen. In het eerste deel is het uitteam aan slag en staat het thuisteam in het veld. Daarna wordt dit omgewisseld. Het team dat aan het einde van de negen innings de meeste punten heeft gescoord wint de wedstrijd. Indien het gelijk staat wordt er nog een inning gespeeld. Dit gaat net zolang door tot er aan het einde van een inning een team op voorsprong staat.

Samenstelling van het team

Een team bestaat uit negen spelers. Deze bezetten de volgende posities:

• Pitcher
• Catcher
• Eerste honkman
• Tweede honkman
• Derde honkman
• Korte stop
• Outfielder (3x)

Pitcher

De pitcher is de persoon die de bal aangooit naar de slagman. Hij probeert het de slagman zo moeilijk mogelijk te maken, maar moet wel zorgen dat hij in de slagzone gooit om te voorkomen dat spelers direct naar het eerste honk mogen.

Catcher

De catcher zit achter de slagman. Het doel van de catcher is om de bal te vangen wanneer de slagman niet slaat, of mis slaat. Daarnaast is hij ook de verdediger van het thuishonk.

De eerste/tweede/derde honkman

Het doel van de eerste, tweede en derde honkman is om hun honk te verdedigen. Ze blijven in de buurt van hun honk en ze proberen ervoor te zorgen dat de renners het honk niet bereiken door ze ofwel uit te branden, ofwel uit te tikken.

Korte stop

De korte stop is verantwoordelijk voor het tegenhouden van ballen die niet ver worden geslagen, maar niet direct naar de eerste, tweede of derde honkman. Het wordt gezien als een van de moeilijkste taken omdat je vaak heel snel moet handelen.

Outfielders

Er zijn in totaal drie outfielders die verspreid staan in het verre veld. Hun doel is om de bal te vangen, of te pakken als hij ver weg wordt geslagen en de andere spelers er niet meer bij kunnen.

Het slaan

Een team maakt voorafgaand aan de wedstrijd een volgorde waarin de spelers gaan slaan. Hier moeten ze zich de hele wedstrijd aan houden. Als een slagman klaarstaat gooit de pitcher de bal. Als deze over het thuishonk wordt gegooid tussen knie- en schouderhoogte van de slagman is het een slag. Wordt de bal buiten deze zone gegooid is het een wijd. Het doel van de slagman is om te slaan als de bal in de slagzone is, en de bal te laten gaan wanneer deze wijd is. Een slagman is uit wanneer hij na drie slag nog niet op een honk is. Hier is wel een uitzondering op. Als een slagman op twee slag staat kan hij alleen drie slag krijgen als hij de bal mist, of niet slaat. Wanneer hij de bal wel raakt, maar deze beland niet in het veld telt het als foutslag en blijft de teller op twee slag staan. Als de pitcher vier keer wijd heeft gegooid mag de slagman direct naar het eerste honk. Slaat de speler de bal in het veld dan probeert hij zo snel mogelijk naar het eerste honk te rennen. Is hij daar voordat de eerste honkman (of iemand anders) het honk heeft aangeraakt terwijl hij de bal heeft is hij op tijd en is hij in. Is hij te laat dan is hij uit. Ook is een slagman uit als de bal die hij heeft geslagen wordt gevangen. Natuurlijk mag een speler ook verder doorrennen dan het eerste honk wanneer hij erg goed heeft geslagen.

Rennen tussen de honken

Als een speler een honkslag heeft geslagen of vier wijd heeft gekregen staat hij na zijn slagbeurt op een honk. Daarna is de volgende slagman. Nu zijn er twee mogelijkheden. De renner heeft een gedwongen loop, of dit is niet het geval.

De gedwongen loop

Een renner heeft een gedwongen loop als bij een honkslag een andere speler zijn honk moet overnemen. Het makkelijkste voorbeeld is als jij op het eerste honk staat. Als de slagman het eerste honk bereikt mag jij daar niet meer staan. Jij bent dus gedwongen om ten minste naar het tweede honk te rennen. Hetzelfde geldt als jij op het tweede honk staat en er staat iemand anders al op het eerste honk. Je moet dan naar het derde honk rennen. Als je op het tweede honk staat en er staat niemand op het eerste honk heb je geen gedwongen loop en mag je er dus voor kiezen te blijven staan als de bal in het veld wordt geslagen. Als een speler een gedwongen loop heeft kan hij uitgebrand worden. Dat betekent dat een veldspeler met de bal in de hand het honk aanraakt voordat de renner het honk heeft bereikt. Lukt hem dit is de renner uit. Als een speler geen gedwongen loop heeft kan hij niet uitgebrand worden. De enige mogelijkheid om hem uit te krijgen is door hem af te tikken met de bal, of met de hand waar de bal in zit.

De vangbal

Wanneer een bal wordt gevangen is de slagman uit. Iedereen die op een honk stond moet dan terug naar het honk waar hij op stond voordat de slagman had geslagen. Dit is een gedwongen loop, dus de speler kan uitgebrand worden als hij niet op tijd terug is bij het honk waar hij vandaan kwam. Daarom is het verstandig om in de buurt van het honk te blijven als je verwacht dat de bal gevangen kan worden. Zodra de bal gevangen is mogen de renners wel gaan lopen. Ze kunnen nadat de vangbal is gemaakt proberen op het volgende honk te komen. Deze loop is niet gedwongen en een speler kan dus alleen uit gaan door afgetikt te worden met de bal. Dit komt vaak voor wanneer er een speler op het derde honk staat en een verre bal wordt geslagen die wordt gevangen. De speler op het derde honk wacht tot de vangbal is gemaakt en rent dan naar het thuishonk om te scoren. In het Engels wordt dit een sacrifice fly genoemd.

Honken stelen

Honkbal is een spel dat in principe nooit stil licht. Een speler op een honk kan dus op elk moment gaan rennen en proberen het volgende honk te halen. Deze loop is niet gedwongen en dus moet de speler worden afgetikt met de bal om uit te gaan. Het is natuurlijk niet verstandig om op een willekeurig moment te gaan rennen, maar spelers staan altijd wel al een stukje van het honk af in de richting van het volgende honk. Een speler kan proberen het honk te stelen door te gaan rennen zodra de pitcher is begonnen met zijn worp naar de slagman. Zelfs als de slagman dan mist moet de catcher daarna de bal nog naar het honk gooien en moet de renner nog worden afgetikt. Als de renner daarvoor al het honk heeft bereikt heeft hij het honk gestolen.

Wisselen van kant

De teams wisselen van kant als er drie spelers uit zijn gegaan in de inning. Het veldteam wordt dan slagteam en vice versa.

De aangewezen slagman

De aangewezen slagman is een regel die in sommige competities wordt gehanteerd. Als deze regel van kracht is mag een team een speler aanwijzen die slaat in plaats van de pitcher. In zo'n geval bestaat een team dus uit tien spelers. De reden om deze regel te gebruiken is dat pitchen een specialiteit is en dat veel pitchers erg slecht kunnen slaan omdat ze hier niet zoveel voor trainen. De aangewezen slagman is vaak een speler die erg goed kan slaan, maar niet zo'n goede veldspeler is.

Lees verder

• De MLB: de grootste honkbalcompetitie van de wereld